24 April 1930
81
liem aankome met het bezwaar, dat hij aan de loonen
gaat pingelen. Hij gaat dan alleen met gelijke munt
betalen, hoewel hij het ten zeerste betreurt, dat deze
on fraaie methodes hier van zekere zijde zijn inge-
voerd.
De heer Rijkes, vervolgens het woord verkrijgende,
begint te verklaren, dat hij met eenige bevreemding
heeft kennis genomen van den inhoud van dit raads-
stuk. Blijkens mededeeling in dit raadsstuk is het
onderwerp „Kindertoeslag aan het gemeente-personeel"
meerdere malen in dezen Raad in behandeling geno-
men, éénmaal hebben de stemmen gestaakt, dus ver-
worpen in de Raadsvergadering van 29 October 1920
werd dit voorstel met 7 tegen 5 stemmen opnieuw
verworpen. In de Vergadering van 31 Januari 1929
is er wederom een principieele uitspraak gevraagd en
voor de derde maal verworpen.
De samenstelling van den Raad, die toch een
afspiegeling is van de wenschen van de burgerij,was
dus van dien aard, dat men zich tegen het verleenen
van een kindertoeslag aan het Gemeente personeel
uitsprak.
Welke aanleiding is er nu weer voor het College
om opnieuw deze zaak iu den Raad ter sprake te
brengen
Waarom is het College ingegaan op het verzoek
van de minderheid van Burgenreester en Wethou-
ders en
Waarom hebben Burgemeester en Wethouders niet
voorgesteld bedoelde adressen voor „kennisgeving"
aan te nemen
Met alle bescheidenheid meende hij dit laafste te
mogen verwachten, immers de meerderheid in Bur-
gemeesfer en Wethouders heeft zich tegen dit voorstel
uitgesproken.
Mocht echter, ondanks alles, de Raad in meerder-
heid, zich thans in principe uitspreken voor het toe-
kennen van een kindertoeslag, dan zou de mogelijkheid
niet uitgesloten zijn, dat, wanneer de tegenstanders
van dit voorstel t.z t. eens eene meerderheid mochten
krijgen, dit voorstel opnieuw aan de orde te stellen,
wat zeer zeker voor het betrokken Gemeente personeel
niet aangenaam zou zijn, doch waarvoor de voor-
standers van nu van dit voorstel geheel verantwoor-
delijk gesteld dienen te worden.
Het neemt echter niet weg, dat het voorstel om
zich in principe vdör of tegen kindertoeslag uit te