67 21 Augustus 1930 HERZIENING BELASTINGSTELSEL. Aan den Raad. Tengevolge van de wet van 15 Juli 1929, (Stbl. no. 388), regelende de financieele verhouding tusschen het Rijk en de Gemeenten, waarbij o.a. de bevoegd- heid tot het heffen van een eigen inkomstenbelasting komt te vervallen, moet het belastingstelsel worden herzien. Behalve met de gevolgen van de genoemde wet behoort ook nog rekening te worden gehouden met die, voortvloeiende uit de grenswijzigingswet. Op de begrooting voor 1930 zijn nog de oorspronkelijk ge- raamde bedragen uitgetrokken, waarop reeds direct f 54.000,— moet worden geschrapt, omdat de schade- vergoeding voor de bedrijven zooveel lager werd vastgesfeld, terwijl nog geen zekerheid bestaat hoe de winsten zullen worden na de laatste tariefsverlaging. Zoolar.g de bedragen, die in de toekomst in de gemeentekas zullen vloeien, niet bekend zijn, is het onmogelijk een juiste raming van cijfers te geven. Waar het opbouwen van het belastingstelsel met zorg behoort te geschieden en naar onze meening gelijkmatigheid van den druk voor eenige jaren moet zijn verzekerd, ligt het voor de hand dat wij thans slechts die voorstellen kunnen doen, die geen uitstel kunnen lijden. De Raad moet zich vöör 1 September a.s. uitspre- ken over de vraag, in welke klasse onze gemeente voor de Personeele Belasting zal worden gerangschikt. Heeft de Raad te dezer zake geen besluit genomen, dan geschiedt de classificatie door de Kroon. De gemeente is thans nog gerangschikt voor het Noordelijk deel in de 5e klasse, voor het Zuidelijk deel in de 6e klasse. De grens loopt ongeveer over „Groenendaal". De tegenwoordige classificatie is ge- heel verouderd en reeds in 1927, toen de regeering een onderzoek instelde naar de noodzakelijkheid van een wijziging in de classificafie, werd door ons krachfig voorges'aan om het Noordelijk deel der gemeente in de 3e klasse te plaatsen. De voortschrijding van de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1930 | | pagina 1