25 September 1930
202
College van Burgemeester en Wetbouders sleeds een
compromis wordt gevonden en steeds de noodige
concessies van weerszijde worden gedaan, nu plot-
seling de meerderheid van dit College in beroep
wenscht te gaan bij de Kroon. Hij vindt er iets on-
rechtvaardigs in ten opzichte van het schoolbestuur,
Het maakt zoo den indruk alsöf men vraagt aan dat
schoolbestuur te onthouden, wat het toekomt, opdat
de gemeente het geld niet zou behoeven uit te geven.
Een welwillende houding kan spreker dat niet noe-
men en daarom kan hij niet nalaten om zijn standpunt
hier uiteen te zetten.
De heer Vring zegt, dat deze kwestie in de Com-
missie voor het Onderv.'ijs van alie kanten is belicht.
De Lager Onderwijswet is een doolhof. De Commissie
heeft de betrokken artikelen gelezen, doch heeft
daar niet uit kunnen halen, hetgeen de Wethouder,
Dr. Droog, hier naar voren heeft gebracht. Hetgeen
de Wethouder heeft opgemerkt over de onbillijk—
heid, dat het eene jaar er af moet, wat over is ge-
houden, terwijl niet wordt teruggegeven wat een
ander jaar tekort is gekomen, is de schuld van de
wet. Wij moeten hier echter de wet toepassen en
niet buiten de wet om, zeggen ,,je hebt dit jaar te
veel uitgegeven, dus zullen wij je dat maar terug-
geven". Spreker zegt nogmaals, dat deze zaak van
alle kanten is bekekcn en dat hij niet heeft kunnen
inzien, dat hier. foutief is gehandeld. Wanneer de
Kroon echter uitspraak heeft gedaan, dan is de zaak
uit. Gedeputeerde Staten hebben gemeend niet an-
ders te kunnen doen, omdat zij hun uitspraak baseeï--
den op een soortgelijk geval, dat zich te Alkmaar
voordeed, doch de Commissie meent van ten on-
rechte, omdat het een ander geval betrof. Naar
de meening van de meerderheid der Commissie voor
het Onderwijs is hetgeen het Kerkbestuur vraagt
niet billijk. Spreker is er dan ook voor dat hier de
uitspraak in hoogste instantie wordt uitgelokt, dan
is een twijfelachtig punt in de Lager Onderwijswet
opgelost. In ieder geval bestaat buiten de meening
van het Katholieke lid der 'Onderwijscommissie een-
stemmigheid over de vraag om al of niet in beroep
te gaan. Spreker zegt nogmaals de artikelen gelezen
te heb'ben doch er niets in gevonden te hebben dat
afwijkt van zijn standpunt. Meent het Kerkbestuur
zeker, dat het in zijn recht is, dan zal het zijn geld
krijgen.
