30 Ociober 1930
236
De heer Kwak verklaart, zijn benoeming gaarne aan
te nemen.
VIII. Benocming van een lid in de Commissic
voor de Bedrijven.
De vacafure in deze Commissie is eveneens ont-
staan door het overlijden van den heer C. W. Breed.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat 14 sfemmen
zijn uitgebracht op den heer Schelvis, terwijl I stem
is uitgebracht op den heer Van der Erf, zoodat de
heer Schelvis is benoemd.
De heer Schelvis verklaart zijn benoeming gaarne
aan te nemen.
IX. Voorsiel inzake plantsoenen.
Het advies luidt als volgt
80. Plantsoenen.
De heer Audretsch zegt, dat in dit raadsstuk wordt
voorgesteld om in de gemeente 60 boomen te rooien.
Spreker zou echter voor één boom gratie willen be-
pleiten of althans uitstel van executie. Die boom staat
er werkelijk nog flink bij en gevaar voor omvallen
bestaat er niet. Er zitten weliswaar een paar dooie
takken aan, doch daarom gaat die boom nog niet
direct dood, zegt spreker. De hoofdoorzaak van het
verval van vele boornen in deze gemeente ligt hierin,
dat de besfrating te dicht bij de boomen komt, ten-
gevolge waarvan de grond daaromheen verzuurt.
Wanneer deze boom over 2 of 3 of misschien 4 jaar
dood gaat, zullen hem waarschijnlijk meerderen vol-
gen en daarom acht spreker het beter om nu niet
met één boom te beginnen. Die boom kan er heusch
best over eenige jaren pas uit. Een groote ontsiering
van het plein zal daarvan het gevolg zijn en daarom
zou spreker eerst nog eens willen afwachten totdat er
meerderen volgen.
De heer Van der Erf zegt, als Iid der Plantsoenen--
Commissie er prijs op te stellen om zooveel mogelijk
boomen te behouden. Nu echter de deskundige op
dit gebied adviseert om die boom te rooien, kan
spreker er niet voor gevoelen om tegen datadviesin^