22 Januari 1931
11
Sinds 1 Januari 1923 hadden slechts 24 graven een
afmeting grooter dan 1 X 2 M., waarvan één met
een afmeting van 1.30 X 2.Ô0 M Ais men nu met
een kleiner graf genoegen neemt, wat wel duideliik
is gebleken, kan spreker er niets voor gevoelen om
wijzer te willen zijn dan de practijk.
De heer Rijkes zegt, dat de heer Jhr. van de Poll,
Wethouder, wel heeft opgemerkt, dat zijn voorstellen
ter inzage hebhen gelegen, maar hij acht het toch
wel van belang, dat een zaak van dusdanigen cm-
vang rustig bekeken kan worden. Indien bij de in-
stelling van de door hem voorgestelde nieuwe klasse
een spoedige uitbreiding van de Algemeene Begraaf-
plaats verwacht wordt, wil spreker nogmaals opmer-
ken, dat daarvoor volgens zijn berekening dan toch
f 25.000,— zal zijn overgespaard. Spreker handhaaft
daarom dat gedeelte van zijn voorsfel.
De Voorzitter zegt, dat dit voorstel thans voldoende
van alle kanten is toegelicht en stelt voor over te
gaan tot stemming over het voorstel van den heer
Rijkes, om in de verordening op te nemen een klasse
„eigen graven" van 1.30 X 2 60 M.
Dit voorsfel wordt vervolgens verworpen met
11—4 stemmen.
Vöör het voorstel stemden de heeren Rijkes, Vring,
Moolenaar en Audretsch.
Tegen het voorsfel stemden de heeren Van der Erf,
Van Unen, De Boer, Mevrouw De Voogt-De Vogel,
de heeren Kwak, Schelvis, Jonckbloedt, Zijm, Van
der Linden en de Wethouders Jhr. van de Poll en
Dr. Droog.
Hierna wordt het voorstel van Burgemeesfer en
Wethouders zonder hoofdelijke stemming onveranderd
aangenomen.
VIII. Vaststelling Herziening L V van het Uitbrei-
dingsplan.
Het advies met ontwerp-besluit en toelichtende be-
schrijving luiden als volgt
6. Vaststelling Herziening LV van het
Uitbreidingsplan.
Dit besluit betreffende terreinen tusschen de Jacob
