30 April 1931
138
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform be-
sloten.
Rondvraag. Uitkeering bij ziekte.
De heer Van der Erf vraagt of het aan Burgemeester
en Wethouders bekend is, dat de Kantonrechter
onlangs een uitspraak heeft gedaan inzake de uit-
keering van loon aan arbeiders bij ziekte, zulks naar
aanleiding van het bestaande arbeidscontract en de
nieuwe Ziektewet. Volgens deze uitspraak moet aan
arbeiders in loondienst bij ziekte gedurende de twee
eerste dagen het volle loon en gedurende 14 dagen
daarna 20 van dat loon worden uitbetaald. Spre-
ker zou gaarne willen weten hoe ten opzichte van
deze uitspraak hier is gehandeld en vraagt voorts
als er te weinig loon is uitgekeerd tengevolge van
een verkeerde uitvoering van de Ziektewet of dan
de mogelijkheid bestaat van restitutie van het tekort.
De lieer Dr. Droog, Wethouder, antwoordt hierop,
de door den heer Van der Erf bedoelde uitspraak te
hebben gelezen. Inderdaad was dit iets verrassends,
waarop Burgemeester en Wethouders niet gerekend
hadden, De kwestie is echter, dat volgens het Bur-
gerlijk Wetboek de termijn voor de uitkeering niet
vast omlijnd is en slechts gesproken wordt van een
betrekkelijk korten tijd. In ieder geval is deze zaak
belangrijk genoeg, zegt spreker, om haar eens onder
de oogen te zien en wanneer het onderzoek er toe
leidt om restitutie te geven, zal daartegen bij Bur-
gemeester en Wethouders zeker geen bezwaar be-
staan.
De heer Van der Erf zegt, dat het ook hem bekend
is, dat de termijn voor de uitkeering niet vast om-
lijnd is. De kantonrechter heeft echter al meer dan
eens uitspraak gedaan, dat deze termijn op 14 dagen
moet worden aangehouden.
De heer Dr. DroogWethouder, merkt op, dat dit
dan toch altijd nog willekeurig blijft. Veronderstel dat
vandaag iemand in dienst treedt, die na 2 uur te hebben
gewerkt, ziek wordt, dan kan men toch niet verwachten,
dat zoo iemand gedurende 14 dagen een uitkeering
krijgt, Spreker zegt echter nogmaals, dat aati de hand
van de diverse wetsartikelen deze zaak ernstig onder
de oogen zal worden gezien,
Wachthuisje Julianalaan.
De heer Van der Linden wil Burgemeesier en Wet-