41
30 Juni 1031
Wij hebben over het ontwerp het advies gevraagd
van de Commissiën van Overleg, welke daarvoor in
een gecombineerde vergadeiing bijeen zijn geweest.
Na kennisneming van het uitgebracht advies stellen
wij U evenwel voor om de Commissie te doen be-
staan uit een lid van ons College, tevens Voorzitter,
en drie leden van Uwen Raad, benevens uit de ver-
tegenwoordigers der organisaties.
Wij hebben ons steeds op het standpunt geplaatst
dat de Commissie van Overleg moet worden be-
schouwd als een Commissie van advies, zonder eenige
regelende bevoegdheid en worden in die meening
gesterkt door verschillende bepalingen van de gemeen-
tewet, door artikel 125 der Ambtenarenwet en door
de behandeiing van dit artikel in de Tweede Kamer.
Dat sluit evenwel niet uit dat wij ons kunnen voor-
stellen dat de vertegenwoordigers der organisaties het
juister achten het overleg omtrent rechtspositie en
arbeidsvoorwaarden <e plegen met vertegenwoordigers
van de Coliege's welke die voorwaarden ook hebben
vast te stellen, dan met de hoofden van takken van
dienst. Wij achfen bij nadere overweging die wijze
van samenstelling dan ook de meest juiste, zoodat
wij U in het nieuwe ontwerp voorstellen in dien geest
te besluiten. De hoofden van takken van dienstzullen
echter niet gemist kunnen worden in de vergaderingen
waarin punten aan de orde komen, die hun tak van
dienst raken. Hun aanwezigheid als adviseerend lid
is daarbij zeer gewenscht.
Het ontwerp reglement, hetwelk wij U hierbij aan-
bieden, is samengesteld overeenkomstig het advies,
door de Commissiën van Overleg uitgebracht, behou-
dens hetgeen hieronder omtrent enkele artikelen nader
zai worden medegedeeld.
Artikel 3.
Door de Commissie is voorgesteld dit artike! zoo
te wijzigen dat de Secretaris niet aan de gedachten-
wisseling kan deelnemen. In de bestaande reglementen
is deze bevoegdheid wel opgenomen en lieeft deze
bepaling niet tot moeilijkheden aanleiding gegeven.
Voor zoover dit in andere gemeer.ten misschien wel
het geval is geweest, behoeft dit voor ons geen aan-
leiding te zijn de bepaling uit het reglement te schrap-
pen. Ons College stelt dus prijs op behoud der
redactie opgenomen in artikel 3.
