50a 30 Juli 1931 2. De samenstelling en de werkwijze dezer com- missie worden bij afzonderlijke verordening geregeld. HOOFDSTUK III. Aanstelling en bevorderin,g. Artikel 7. Ambtenaren worden aangesteld in vasten of in tijde- lijken dienst. Artikel 8. 1. Tenzij bij de wet of raadsverordening of hierna anders is bepaald, geschieden de aanstelling en bevor- dering in rang van een ambtenaar, genoemd in de Ver- ordening regelende de jaarwedden der ambtenaren, door Burgemeester en Wethouders, na overleg met het Hoofd van den Dienst. 2. De hoofden van takken van dienst worden door den Raad benoemd, die voor iedere benoeming van Burgemeester en Wethouders eene voordracht van ten minste twee personen ontvangt, opgemaakt na overleg met de Commissie van bijstand, zoo deze bestaat. 3. Benoeming en ontslag van administratief perso- neel bij de politie geschiedt door den Burgemeester, die tevens daarvoor dienstregeling en instructie vaststelt. 4. Bevordering in rang heeft plaats naar bekwaam- heid en geschiktheid. Bij gelijke bekwaamheid en ge- schiktheid wordt gelet op diensttijd. Artikel 9. De ambtenaar wordt in den regel vast aangesteld. Tijdelijke aanstelling kan echter plaats hebben a. op proef, voor niet langer dan een jaar, zoo noodig met hoogstens één jaar te verlengen; b. als mag worden aangenomen, dat de werkzaam- heden, waarmede de ambtenaar zal worden belast, van tijdelijken aard zullen zijn;

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1931 | | pagina 10