50 30 Juli 1931 UITVOERINO AMBTENARENWET 1929. Aan den Raad. In artikel 125 der Ambtenarenwet 1929 is bepaald, dat, voor zoover deze onderwerpen niet reeds bij of krachtens de wet zijn geregeld, voor de ambtenaren, door of vanwege de üemeente aangesteld, voorschrif- ten worden vastgesteld, betreffende a. aansfelling b. schorsing c. ontslag d. bezoldiging; e. wachfgeld f. diensttijden g. verlof en vacantie en aanspraken ingeval van ziekte h. overige rechten en verplichtingen der ambte- naren i. disciplinaire straffen j. adminisfratieve instanties, als bedoeld in het tweede en derde lid van artikel 3, voor zoover deze worden mogelijk gemaakt k. de wijze, waarop aan vereenigingen van amb- tenaren gelegenheid wordt gegeven ten aanzien van de dezen betreffende algemeen verbin- dende voorschriften haar gevoelen te doen kennen. Gemeld art. 125 is op 1 September 1930 in werking getreden. Binnen een jaar daarna, dus vôör 1 Septem- ber 1931, moet aan dit artikel uitvoering zijn gegeven. Verder zullen, volgens artikel 134 van gemelde wet, voor laatstgenoemden datum moeten worden bepaald, de gevallen waarin en de voorwaarden waaronder door de gemeente indienstneming op arbeidsovereen- komst naar burgerlijk recht kan plaats hebben.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1931 | | pagina 1