20 Juli 1931
206
wat is ean bijzcnder geval"? Die toevoeging maakt
'de zaak er niet gemakkeiijker op. Momenieei zijn er
slechts enkele gevallen, waarbij Burgemeester en Wet-
houders toestonden om kleine nevënfuncties te be-
kleeden, zooals de bestuursfunctie van Woningbouw-
vereenigingen, 'hetgeen echter zeer gewer.scht moet
v/orden genoemd. Moet men dat nu een bijzonder
geval noernen, of niet? Men kan toch moeilijk zeggen,
dat zoo'n ambtenaar er een betrekking bijkrijgt. Zoo
zijn er ook nog een paar ambtenaren, die nu en dan
eens een avond een of andere boekhouding bijhouden.
Spreker vindt van die werkzaamheden echter moeilijk
uit te maken of men ze al dan niet tot de bij'zondere
gevallen moet rekenen. Men moet dit aan Burgemeester
en Wethouders overlaten. De heer Van der Limden
weet wel, wat Burgemeester en Wethouders bedoelen,
hoewel spreker, en dit verzwakt misschien eenigszins
zijn positie, weet, dat Wethouder Dr. Droog, hier wel
niet heelemaal aan zijn zijde staat. Spreker gaat geheel
mede met het principe van den heer Van der Linden,
dat er naar gestreefd moet worden om zooveel moge-
Ii.k voor een ieder de bestaansmogelijkheid te openen,
doch dergelijke kleine gevallen als hier worden be-
doeld, zijn daarop niet van invloed. Spreker ziet daar
in een zekere energie om te werken, zonder dat
een ander daar, practisch genomen, slechter van
wcrdt. De een zal zulk een nevenfunctie kunr.en
gebruiken voor een groot gezim, de andere voor
andere ondersteuning. Dit neemt niet weg dat
Burgemeester en Wei'houd'eris een bepaalde neven-
functie ook wel eens belet 'hebben dooh in het alge-
meen genomein mioöt 'h'ij 'toeh de poging om. er iets
bij te veudlienen, zonder da't daardoor een ander ge-
schaad wordt, toejuichen.
De heer Van Unen is het gedeeltelijk met den heer
Van der Linden eens, Er is hier een zekere contrad'ctie
tusschen het feit dat men een ambtenaar maximaal 39
uur laat werken en hem anderszijds toestaat om zich
ook nog in dienst van een ander te stellen. De gevaren
zijn daarbij niet denkbeeldig dat hij zich 's avonds zoo
inspant, dat hij oyerdag moet rusten. Daarbij' komt
nog, dat vaststaat dat de salarieering hier zeer goed,
ja zelfs voorbeeldig is en dan vindt spreker er iets
onprettigs in dat die personen anderen 'kunnen becon-
curreeren. H'et beste zou zijn, dat men het aan de
menschen zelf overliet, doch dan ware het niet uit-
gesloten dat d'e energie overdag zoodanig gedoofd
werd, dat het werk er onder zou lijden. Spreker zou
alleen aan Burgemeester en Wethouders. willen vragen