29 Djcember 1931 371
De heer Rijkes is van meening, d it Burgemeester
en Wethouders zich van deze zaak al te eenvoudig
willen afmaken. Of de adresseerende gemeente nu
groot of klein is kan buiten beschouwing blijven. Het
gaat er om, dat de landbouwende stand in nood is
en extra hulp dringen 1 noodzakelijk moet worden
geacht. Spreker zou daarom willen weten, waarom
Burgemeester en Wethouders hier afwijzend adviseeren.
De Voorzitter antwoord hierop, dat hiervoor het
oude motief heeft gegolden, dat het niet op den weg
van de gemeenfe ligt om adhaesie te betuigen aan
adressen, die aan de regeering worden gericht. De
Regeering weet wel wat zij moet doen en daarom
wordt het beter geacht, dit maar aan haar over te
laten.
De heer Rijkes is het hiermede nieteens. Momenteel
zijn bijzondere omstandigheden aanwezig en daarvoor
moeten ook bijzondere nnatregelen worden getroffen.
Spreker zou dan ook graag stemming willen verzoeken
over een voorstei om aan dit adres adhaesie te be-
tuigen.
De heer Van den Heuvel kan zich met den inhoud
van dit adres vereenigen doch is het met het voorstel
van Burgemeester en Wethouders eens om het voor
kennisgeving aan te nemen, aangezien het niet op den
weg van de gemeenfebesturen ligt om "zich te bemoeien
met de indeeling van de departementen. De gemeente-
besturen moeten buiten de landspolitiek blijven en
hoewel hij er dan ook prijs op stelt om te verklaren,
dat hij het in het algeméen met den inhoud van dit
adres eens is, kan hij voor het voorstel van den heer
Rijkes niet gevoelen.
De heer Rijkes is het er volkomen mee eens, dat
niet over alle mogelijke zaken aan de regeering moet
worden geadresseerd, doch hier betreft het een bij-
zonder geval, voortkomende uit de bijzondere tijden.
De Voorzitter vraagt of het voorstel van den heer
Rijkes wordt ondersteund.
De heer Disselkoen verklaart een serieus voorstel
van een raadslid altijd fe willen steunen, onafhankelijk
van de stem, die hij daarover ûit zal brengen.
De heer De Tello zegt ook dit voorstel te willen
steunen.
Vervolgens wordt dit voorstel door den Voorzitter
in stemming gebracht en verworpen met 5 9 stemmen
Vöör het voorstel stemden de heeren De Tello,
Disselkoen, Vring, Mevrouw Venhuizen en den heer
Rijkes.