23 Februari 1932
133
De Voorzilter vraagt, of deze motie wordt onder-
steund.
De heeren De Tello en Van Unen verklaren deze
motie te ondersteunen.
De heer Van der Erf merkt op, dat de heer Dis-
selkoen hier wel inet groote woorden spreekt over de
hopelooze slappe boel, maar waar is dat niet het ge-
val Laat de heer Disselkoen een plaats aanwijzen,
waar de S.D.A.P. aan het roer is en waar dit niet het
geval is. Leiders van de S.D.A.P. zeggen momenteel
van hun eigen partij, dat zij nu eens met daden in
plaats van niet woorden inoet komen.
De lieer Dr. Droog, Wethouder, zegt, eigenlijk
niets meer in het midden te moeten brengen na die
ophakkerij van den heer Disselkoen. Spreker heeft wel
degelijk in de vorige raadsvergadering zijn plannen
genoemd, zooals de aanleg van het groot riool, de
verbreeding van den Glipperweg, de wegenaanleg
tegenover „Meer en Berg", de aanleg van wegen voor
particulieren, de bouw van tribunes op de sportvelden,
de bouw van een gashouder. Voorts zijn er nog
plannen bij Burgemeester en Wethouders in voorbe-
reiding voor de stichting van een gezondheidshuis.
Als er gelachen moet worden, zou de heer Disselkoen
kunnen beginnen met zichzelf uit te lachen. Spreker
lieeft dus wel degelijk wat gezegd en aangegeven,
doch de heer Disselkoen gaat maar door met spreker
te betichten en te belasteren in openbare vergadering.
Spreker hoopt, dat in de volgende vergadering niemand
meer op den onzin van den heer Disselkoen zal in-
gaan en dat dan niemand zijn voorstel zal ondersteu-
nen.
De heer Vau Unen zegt, blij te zijn, het voorstel
van den heer Disselkoen te hebben ondersteund, om-
dat Wethouder Dr. Droog nu de gelegenheid heeft
gehad om de holheid van diens peroratie aau te too-
nen. A1 zal de heele Raad wel de wenschelijkheid
inzien om alle werkloozen altijd aan het werk te
zetten, zal anderzijds ook de onmogelijkheid daartoe
moeten worden ingezien. Spreker betreurt het dat men
hier in iedere vergadering college tracht te geven in
propaganda. Laat men toch vooral niet te veel praten
doch handelen, in een behoorlijk tempo.
De heer Disse/koen zegt, dat de heer Van der Erf
hem wel heeft uitgenoodigd om mede te deelen, wat
men elders doet, doch daar gaat het nu niet over.
Vanavond moet men over Heemstede praten, doch