28 April 1932 188
dat de salarissen parallel moeten loopen met den wel-
stand van de gemeente, evenmin mogen zij als sluit-
post van de begrooting dienen. Zij mogen zicli ech-
ter niet onderscheiden van de normale loonen in het
particuliere bedrijf en dat is momenteel zeker het ge-
val. Iedereen moet tegenwoordig een flinke veer laten
en nu gaat het toch niet aan om te zeggen dat de be-
voiking ook nog op moet brengen, hetgeen de gemeente
van het Rijk minder krijgt uitgekeerd tengevolge van
het kortingswetje, teneinde daardoor de salarissen en
het loon van het personeel onaangetast te kunnen la-
ten. De voorgestelde korting, als eerste stap, heeft ab-
soluut geen vermindering van koopkracht tengevolge.
Toen in 1920 de wedden werden vastgesteld op nor-
male basis, werd er druk gesproken over het index-
cijfer, doch nu het den anderen kant opgaat hoort men
van dat index-cijfer weinig meer. De wijze waarop de
korting moet plaats vinden, kan rustig bekeken worden
in de Commissie van Overleg doch als zij maar niet
ten laste komt van anderen. Men mag hier niet van
onrecht spreken tegenover het gemeentepersoneel, maar
wel van onrecht de andere groepen aangedaan, die
geen gemeenteraad hebben om hunne mindere inkomsten
in welken vorm ook, op te vangen, zegt spreker.
De heer Van den Heuvel zegt, op het laatste oogenblik
verhinderd te zijn geweest, om de eerste vergadering
van de Financieele Commissie bij te wonen en van die <-,
verhindering toen nog kennis te hebben gegeven. De
tweede maal was hij verhinderd wegens een sterfgeval.
Spreker merkt op, dat hij al een paar maal gezegd
heeft nimmer aanwezig te kunnen zijn, wanneer niet
vooraf met hem overleg wordt gepleegd over dag en
uur van de vergadering, omdat hij nooit een avond vrij
heeft. Als dat overleg niet plaats kan hebben, zal spre-
ker daaruit de conclusie moeten trekken, dat hij uit de
raadscommissiën moet vertrekken.
De heer Van Unen merkt op, dat hij de ver- t
gadering toch acht dagen tevoren heeft belegd.
De heer Van den Heuvel zegt, dat dit voor hem
niets geen verschil maakt. Wat de zaak zelf betreft
is hij het met de voorstellers eens, dat nu het Rijk
gemeend heeft de gemeenten te moeten prikkelen tot
een gelijke salarisverlaging als het op zijn eigen amb-
tenaren toepast, de gemeenten hier niet achter mogen
blijven. Overigens had spreker het veel doeltreffender
gevonden, wanneer de Commissie van Overleg was
gehoord. Tegen dit voorstel heeft spreker hetbezwaar
