27 October 1932
365
en Wethouders gegeven toelichting trekt spreker dit
amendement evenwel in.
AIs niemand vervolgens meer het woord verlangt
wordt de geheele verordening in stemming gebracht
en aangenomen met 123 stemmen.
Vöôr de verordening stemden de heeren Van Unen,
Van der Erf, Audretsch, De Boer, Van der Linden,
Jonckbloedt, Meeuwenoord, Van den Heuvel, Attema,
De Tello, en de Wethouders Jhr. van de Poll, en Dr.
Droog.
Tegen de verordening stemden Mevrouw Venhuizen
en de heeren Rijkes err Disselkoen.
Hierna brengt de Voorzitter in behandeling de ver-
ordening betreffende de invordering van dit schoolgeld.
Artikel 1.
Door den heer Disselkoen is op dit artikel een amen-
dement ingediend om te laten vervallen „of van den
eursus voor vervolgonderwijs".
Burgemeester en Wethouders deelen mede, dat hun
bezwaar tegen het Iaten vervallen hiervan reeds is be-
handeid bij artikel 1 der heffingsverordening.
De heer Disselkoen zegt, dit amendement in te
trekken.
Artikel 8.
Door den heer Disselkoen is voorgesteld, dit artikel
te doen vervallen.
Burgemeester en Wethouders deelen het navolgende
mede
Art. 95 der wet op het L. O. bepaalt, dat de be-
sturen van bijzondere scholen het récht hebben van
inning der schoolgelden. Het innen van dit schoolgeld
geschiedt, indien het schoolbestuur dit wenscht, door
het gemeentebestuur.
Ook al hebben alle schoolbesturen de inning aan
ons gemeentebestuur overgedragen, dan nog zal dit
artikel gehandhaafd moeten blijven, omdat de besturen
van bestaande of nieuw op te richten scholen desge-
wenscht zelf de inning ter hand kunnen nemen.
De heer Disselkoen acht het niet juist om dit artikel
langer te handhaven, omdat het thans geen beteekenis
meer heeft.
