16 December 1932.
487
vrouw Venhuizen en de heeren Rijkes, Van Unen, Van
der Erf, Van Lent, Attema, Disselkoen en De Tello.
Tegen het voorstel stemden de heeren Van der
Linden, Jonckbioedt, Meeuwenoord en de Wethouders
Jhr. van de Poll en Dr. Droog.
De Iieer Van der Linden heeft gezien, dat in dezen
post voorkomen f 10.000.— voor vracht enz. Dit werk
wordt in deze. gemeente bij uitbesteding gegundhij
heeft een geval hooren noemen, dat voor een man,
paard en wagen f 5.werd berekend, Hiervoor kan
toch toch onmogelijk volle 100 pCt. arbeid geleverd
wordenhij heeft hierover van betrokkenen dan ook
wel klachten vernomen. Kan dit niet voorkomen wor-
den door b.v. een bepaling op te nemen in de arbeids-
voorwaarden Misschien verhoogt dit den prijs, doch
de arbeid wordt naar verhouding ook beter.
De heer Dr. Droog, Wethouder, wil wel erkennen,
dat de heer Van der Linden gelijk heeft. Bij inschrij-
vingen voor rijwerk is de concurrentie dikwijls zoo
scherp, dat de Directeur van Openbarc Werken zegt:
„daar kunnen ze het niet voor doen". Een bepaald
minimumloon voor te schrijven is wel te doennatuur-
lijk wordt dan de inschrijving weer verhoogd. Eenige
verzekering is daaromtrent op het oogenblik niet te
geven, daar door de vermindering van f 1850.het
nu wéér moeilijker wordt.
De heer Van der Linden blijft bij zijn overtuiging,
dat bij een hooger inschrijvingscijfer beter werk gele-
verd zal worden, bij een minder aantal werkkrachten.
De betrokken personen zouden hierover het beste
kunnen inlichten.
De heer Dr. Droog, Wethouder, blijft de bewering
van den heer Van der Linden in twijfel trekken, dat
bij hoogere inschrijving met minder krachten volstaan
kan worden.
De heer Disselkoen noemt de opmerkingen van Dr.
Droog zeer handig, doch niet juist. Doordat de Raad
f 1850.— wil bezuinigen zullen bepaalde werkzaamhe-
den achterwege moeten blijven.
Ook de heer Van \Jnen is van dit oordeel. Er kan
minder worden gedaandoch voor bepaalde dingen,
die gedaan worden, moet behoorlijk loon betaald wor-
den.
De heer Dr. Droog, Wethouder, herhaalt, dat hij
zelf de te verrichten werkzaamheden in oogenschouw
heeft genomen en dat deze werkzaamheden goed
moeten geschieden.