27 April 1933
45
Wat betreft de wijziging van den aftrek der gezins-
inkomsten van f 10.— tot f 5.merkt spreker op,
dat dit maximaal een verschil geeft van f2.50. Voor
vele gezinnen is dit inderdaad een belangrijk bedrag,
doch men moet ook niet vergeten, dat er verschillende
personen waren die niet gingen werken boven de
f 10.—Nu mag men wel de steunregeling beschouwen
als een materiëeie begunstiging, doch ookvan ethische
zijde moet men den arbeider helpen. Men moet deze
zaak ook uit sociaal oogpunt beschouwen. Ook aan
de kas van Maatschappelijk Hulpbetoon kan wel eens
een eind kotnen, tengevolge waarvan velen gedupeerd
zouden worden.
Het uitgangspunt is gelegen in het feit, dat Maat-
schappelijk Hulpbetoon een zelfstandige instelling is.
Niet alle maatregelen die door Maatschappelijk Hulp-
betoon worden getroffen, komen onder de oogen van
Burgemeester en Wethouders, doch slechts de alge-
meene normen en deze zijn niet gewijzigd. Maatschap-
pelijk Hulpbetoon, zegt spreker, doet zeer veel goed
werk, hetgeen grootendeels onbekend blijft.
Ook wat betreft de huurtoeslagen zijn wel eenige
veranderingen aangebracht. Er zijn echter weer men-
schen, die in een duurder liuis zijn gaan wonen, in de
gedachte „dan zai ik wel weer wat meer toeslag
krijgen". Zoo verdienen de door Maatschappelijk
Hulpbetoon getroffen inaatregelen dan ook geenszins
afkeuring. Iemand die werkt, maakt nu eemnaai fouten.
Maatschappelijk Hulpbetoon is echter zeer actief en
weet goed wat het doet.
Wat betreft de op de sportparkmenschen toegepaste
strafmaatregelen, zegt spreker, dat het onjuist is, dat
een werklooze arbeider werk weigert, omdat de helft
van het loon gekort wordt op het bedrag, dat hij als
steun ontvangt. Spreker is medegedeeld, dat gedu-
rende 3 dagen de uitkeering gekort is van degenen,
die het werk geweigerd hebben.
De heer De Telio merkt op, dat Burgemeester en
Wethouders toch zeker de competentie hebben om
aan Maatschappelijk Hulpbetoon te laten weten, dat
men geen strafmaatregelen mag nemen, die in tegen-
spraak zijn met die strafmaatregelen, die bedreigd
zijn. Het College had dan ook aan Maatschappelijk
Hulpbetoon moeten laten weten, dat deze Dienst te
ver is gegaan.
De heer Van der Erf merkt nog op, dat het
geenszins zijn bedoeüng is geweest om zijn ontevre-
