21 November 1933
voorStel van Burgemeester en Wethouders komen deze
inuntgasverbruikers dan ook heel erg scheef te staan
tegenover de gasverbruikers met een jaarverbruik onder
de 600 M3. Nu kan men van meening verschillen of dit
erg of niet erg is, doch tegenover de door hem bedoelde
53 gewone gasverbruikers, blijft dit hoogst onbillijk.
Spreker zegt, in die meening niet alleen te staan, want
de Directeur der Bedrijven schrijft en z.i. terecht: „Uit
deze berekening blijkt, dat de meerprijs van één cent
voor het muntgas nog niet voldoende is, om de meerdere
kosten van het muntgas te dekken, de gelijkstelling zou
derhalve juist een grove onbillijkheid zijn tegenover de
gewone gasverbruikers, die elke maand meterhuur moe-
ten betalen en bovendien hun eigen installatie en toestel-
îen moeten onderhouden en bekostigen." Wanneer nu de
Raad dit voorstel van Burgemeester en Wethouders, on~
danks alles, toch aanvaardt, dan is dit z.i. meten met
twee maten, het scheppen van een wanverhouding en eerr
achterstelling van de gewone gasverbruikers en daaraan
wenscht spreker niet mee te doen. Spreker verzoekt dus
beleefd, niet over beide voorstellen tegelijk te laten stem-
men, doch over elk voorstel afzonderlijk. In de gegeven
omstandigheden zal men begrijpen, dat spreker met de
invoering van het vastrecht tarief accoord kan gaan, doch
zeer tot zijn spijt tegen het voorstel van Burgemeester
en Wethouders inzake de gasprijsverlaging van het
muntgas zal moeten stemmen.
De heer De Tello is verbaasd, over de speech van den
den heer Rijkes, vooral naar aanleiding van diens poli-
tieke functie. De heer Rijkes heeft het verwijt gericht aan
Burgemeester en Wethouders. ,,Gij stelt een verlaging
voor, maar dat lijkt op niets, want gij hebt verzuimd den
Raad in te Iichten over de consequenties van mijn voor-
stel." Spreker zou den heer Rijkes willen vragen, of hij
bereid is om het bedrag toe te staan, dat zijn voorstel
zal vorderen. Burgemeester en Wethouders alsmede de
Commissie voor de Bedrijven hebben zich op het stand-
punt gesteld, dat het financieel niet te verantwoorden is
om verder te gaan dan de verlaging, die nu wordt voor-
gesteld. Men kan van meening verschillen over de vraag,
of iedereen van het vastrecht moet profiteeren. Onder de
huidige regeling is misschien 88 niet in staat om te
profiteeren van het vastrecht; thans wordt voorgesteld
dit percentage terug te brengen tot 53. Spreker is met dit
resultaat al aardig tevreden. Voor het middenstandsargu-
ment gaat hij in ieder geval niet uit den weg. Ongeveer
een 1000 inwoners zullen er nu beter van worden. Spre-