29 Maart 1934. kan worden, of zich in deze sloot ook larven van malariamuggen bevinden. De heer Disselkoen vraagt, of de Wethouder hiertoe ook een toezegging kan doen. De heer Dr. Droog, Wethouder, wil die toezegging gaarne doen. Indien alsdan larven worden aangetrof- fen, zal deze sloot door Openbare Werken geparafineerd worden. Er kan echter niet de eisch worden gesteld, dat deze sloot van gemeentewege wordt gedempt. Er zijn meer slooten in de gemeente, die aan particulieren in eigendom toebehooren en er heel wat vuiler uit- zien dan deze sloot. Als de bewoners werkelijk mee- nen, dat de aanwezigheid van deze sloot levensge- vaarlijk is, waarorn dempen zij die sloot dan zelf niet Tegen de ratten kan men klemmen zetten, terwijl foxterriers daartegen ook heele nuttige diensten bewij- zen. Langs dien weg kan zeer zeker voor een groot gedeelte aan deze klachten tegemoet worden gekomen. Dan woont verder bij die sloot een bakker, in welk bedrijf ratten ook altijd graag komen. Spreker kan echter niet meer toezeggingen doen, als hij reeds ge- daan heeft. De heer Rijkes merkt op, dat hij in zijn betoog niet gesproken heeft over een eventueel dempen van deze sloot door en op kosten der gemeente. Dit was ook geenszins zijn bedoeling. Spreker heeft met den Op- zichter van het Hoogheemraadschap Rijnland een en ander persoonlijk en ter plaatse opgenomen. Genoemde Opzichter is ook van meening, dat de toestand onhoud- baar is. Mocht de Raad spreker's zienswijze niet deelen en de adressen dus voor kennisgeving aanne- men, omdat gemeend wordt. dat Burgemeester en Wethouders in deze aangelegenheid geen afdoende of voldoende zeggingskracht hebben, oan hoopt hij, dat dit adressanten niet zal afschrikken en zij zich zullen wenden tot een tot handelen bevoegd College. De heer Atiema noemt de klachten ook erg over- dreven. Wie vervuilt n.l. deze sloot? Dat zijn de be- woners, die er zelf van alles inwerpen. Laat die bewoners dan zelf wat voorzichtig zijn en er zoo- doende voor waken, zichzelf geen ongenoegen te scheppen. Spreker zal den bewoners nogmaals ver- zoeken, hun medewerking in dit opzicht te verleenen en alles in het werk stellen wat mogelijk is, om verbetering te brengen. De heer Rijkes spreekt hierover zijn voldoening uit en noemt dit zeer zeker een stap in de goede richting.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1934 | | pagina 11