29 Maart 1934.
60
kan beschikken en daarin slaagt men niet altijd even
vlug, dan heeft zij toch zeker haar rechten. Er zijn
echter ook nog andere woningbouwvereenigingen, die
op dezen grond arbeiderswoningen willen stichten en
daarom kan hij niet meegaan met het tweede gedeelte
van het voorstel van Burgemeester en Wethouders, die
het uitbreidingsplan in dien zin willen wijzigen, dat
die verdere bouw niet meer mogelijk is. Dit tweede
deel van het vcorstel zou hij dan ook willen aanhou-
den totdat bekend is, welke de plannen van die andere
wonmgbouwvereeniging zijn. Spreker acht het geen
juiste gang van zaken, om, hangende de plannen van
die andere vereeniging, het bebouwingsplan te wijzigen.
De heer Van (Jnen merkt op, dat in de vergadering
van de Commissie vcor het Grondbedrijf tot uiting is
gekömen, dat niet gevoeld wordt voor subsidie aan
volkswoningbouw. De zaken staan nu echter anders
er is een bouwvereeniging, die haar belang ziet in het
sticl.ten van dit type woningen die vereeniging be-
schikt over geld en heeft haar plannen gemaakt. Finan-
cieele bemiddeling van de gemeente wordt daarbij niet
gevraagd. Het idee van den heer Van der Erf vindt
spreker wel een beetje eigenaardig. De Raad zou dus
moeten wachten, totdat de heeren zoo ver zijn. Dat
is toch werkelijk wel een weinig uit handen geven
van wat des Raads is.
De heer Jonckbloedt is het in groote trekken eens
met hetgeen de heer Van Unen naar voren heeft ge-
bracht. In zekere mate kan spreker de voorgestelde
wijziging in de verkaveling zeer toejuichen, want te
veel arbeiderswoningen is zeker niet in het algemeen
belang te noemen ongetwijfeld komen daardoor ook
weer andere woningen leeg te staan. Het is echter
wel noodzakelijk, om deze nieuwe verkaveling in een
uitbreidingsplan vast te leggen. Wat de opmerklng
van den heer Rijkes betreft ten aanzien van de wo-
ningen. die momenteel gebouwd worden naast het
Res Ncvaplein, merkt spreker op, dat dit geen arbei-
ders-, doch middenstandswoningen worden.
De heer Aitema kan er niets voor gevoelen om de
betrokken woningbouwvereeniging, die haar plannen
klaar heeft liggen, te laten wachten, totdat een be-
slissing is genomen ten opzichte van andere woning-
bouwvereenigingen.
De heer Meeuxvenoord heeft er ook zeer ernstige
bezwaren tegen, dat volgens de nieuwe verkaveling op
dit terrein geen arbeiderswoningen meer gebouwd
