26 April 1934. 70 De heer Rijkes zou ook gaarne vernemen, hoe Bur- gemeester en Wethouders zich voorstellen, dat die Commissie zal worden samengesteld. De heer fhr. van de Poll, Wethouder, zegt, dat volgens artikel 2, de adviescommissie benoemd wordt door den gemeenteraad op een aanbeveling van Bur- gemeester en Wethouders. Burgemeester en Wethou- ders hebben zich gedacht, hiervoor personen aan te bevelen, die op dit gebied over de noodige aestheti- sche en technis.che bekwaamheid beschikken. Daarbij is gedacht aan een of meer leden van de Welstands- Commissie, die op dit terrein reeds belangrijk werk hebben verricht. Er bestaat echter geen aanleiding om de keuze tot de leden van die Commissie te beperken. Burgemeester en Wethouders zullen deze kwestie cchter nader cnder het oog zien. Spreker acht het niet noodig, daarover nu nog te praten. Wat betreft de kwestie van de schadeloosstelling, merkt spreker op, dat dit voor Burgemeester en Wethouders ook lastig is geweest. De heer Van den Heuvel komt ter vergadering. Burgetneester en Wethouders willen die schadeloos- stelling liever niet in de verordening vastleggen. Ieder- een voelt er tegenwoordig echter wel iets voor, om, wanneer hij iets heel moois heeft, voor de instand- houding daarvan bij te dragen. In zijn wezen is spre- ker deze verordening dan ook heel sympathiek. De iteer lun Unen: „als hij rnaar over de middelen beschikt". De heer fhr. van de Poll, Wethouder, vervolgt, dat iedereen wel wat voor natuurschoon voelt, terwijl meerdere vereenigingen, zooals „Heemschut", „De Hollandsche Moien", de Vereeniging tot behoud van Natuurmonumenten" veel voor het behoud van natuur- schoon doen. Degenen, die de kosten echter niet kun- nen betalen of daartegen bezwaar hebben, kunnen in beroep komen bij den Raad. Dan zal hen recht moe- ten geschieden. Wat betreft het servituut, ook daar- mede moet de eigenaar accoord gaan en ook van dat besluit kan hij in beroep gaan bij den Raad. De kwes- tie van het eigendomsrecht is wel zoodanig vastgelegd, dat daaruit geen moeilijkheden kunnen voortkomen. De eigenaar, zegt spreker, moet echter eenig oudheid- kunuig gevoel hebben. De heer Rijkes zegt, dat het hem geenszins te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1934 | | pagina 5