31 Mei 1934.
99
Openbare Werken zich met dit voorstel kan vereeni-
gen.
De heer De Tello zou willen vragen of de veront-
reiniging van de Bieekersvaart tengevolge van deze
plannen geheel teneinde zal zijn. Als dat zoo is en
hierbij meikt spreker op, dat toch nog een aantal
wasscherijen hun water blijven loozen in de Bleekers-
vaart, zou hij er meer voor gevoeien om de vaart
heelemaal dicht te gooien en het stamriool in het mid-
uen te leggen, dan nu zulk een bedrag te voteeren,
waarmede slechts half werk kan worden verricht'
Voorts vraagt spreker of geen dure bruggenbouw
noodig zal zijn, als men de vaart laat bestaan en de
terreinen tusschen den Binnenweg en den Bleekers-
vaartweg volgebouwd zullen zijn.
De heer Disselkoen wii enkeie opmerkingen rnaken
niet over de technische zijde van dit voorstel, inaar
over het feit, dat wederom wordt voorgesteld, dit
werk te doen uitvoeren in de z.g. „contra-prestatie".
Keeds bij vorige gelegenheden heeft hij doen uitko-
men, dat de hooge kosten van de tegenwoordige wijze
yan werkverschaffing hem in steeds mindere mate
kunnen bekoren en hij wii vanavond nog eens met
cijfers toelichten. dat de gemeente op den verkeerden
weg is. Spreker gevoelt daartoe te meer behoefte,
omdat in een der vorige vergaderingen door den heer
Jonckbioedt gezegd is„het doet er eigenlijk niet zoo-
veei toe, wat een werk kost, want door de conKa-
prestatie kost het practisch toch niets". Dat is echter
dermate onjuist en indien de Raad deze meening hui-
digt gaat hij zich zoozéér aan zelfverblinding te buiten,
dat het een noodzakelijkheid wordt, daarop met nadruk
te wijzen. Persoonlijk komt spreker meer en meer tot
de stellige overtuiging, dat de gemeente op haar werk-
verschaffingssysteem moet terugkomen, volstrekt niet
aileen terwille van de werkloozen, maar terwille van
de gansche gemeente.
Het kan zijn, zoo vervolgt spreker, dat sommige
pohtieke tegenstanders het als een smakelijk kluifje
beschouwen, dat een sociaal-democraat zegt, dat hij
niets voor onze werkverschaïfing voelt. Laat hij daar-
om nog eens mogen zeggen, dat spreker's fractie
werkverschaffing beschouwt als een middel van de
Overheid om werkloozen op te heffen boven het
uiterste bestaansminimum, dat de sleun biedt, hen op
te heffen tot redelijke en behoorlijke klanten van de
neiingdoenden, hen op te heffen tot volwaardige be-
lastingbetalende burgers.