123
13 December 1934
VERGOEDING ART. 101 DER L.O. WET 1920
OVER 1932 EN DRIEJAARLIJKSCHE
AFREKENING OVER DE JAREN
1930, 1931 EN 1932.
Aan den Raad.
Aan Uwe Vergadering hebben wij mededeeling
gedaan, dat de rekening dezer gemeente over het jaar
1932 door Gedeputeerde Staten dezer Provincie is
vastgesteld.
Het bepaalde in art. 103, vierde lid der Lager
Onderwijswet 1920 brengt mede, dat thans wordt
overgegaan tot de vaststelling van de vergoeding in
de kosten van instandhouding der bijzondere scholen
oyer genoemd jaar.
Voor het bepalen van die vergoeding moeten wor-
den bereker.d de gemiddelde kosten per leerling van
de overeenkomstige openbare scholen, waarvoor in
aanmerking komen de uitgaven genoemd in artikel 55
onder e tot en met h en o der Lager-Onderwijswet
1920, alsmede die van instandhouding.
Blijkens de gemeenterekening over 1932 bedragen
bedoelde kosten als volgt:
Omschrijving der uitgaven
Lager
onderwijs
Uitgebreid
lager
onderwijs
1 e. Uitgaven voor instand-
houding
2e. Geringe en dagelijk-
sche reparatiën van de
schoolgebouwen, als
bedoeld in art. 1619
van het Burgerlijk
Wetboek
3e. Onderhouden van
schoolmeubelen
Transport
f 1.325,20
275,16
f 216,35
f 1.600,36
f 216,35
