97
28 November 1935.
1AARWEDDEN BURGEMEESTER, SECRETARIS EN
ONTVANGER.
Aan den Raad.
Onder dagteekening van 23 October j.l. Iiebben
Gedeputeerde Staten dezcr provincie ons verzocht,
overeenkomstig de desbetreffende bepalingen der
gemeentewet, U te hooren omtrent eene verlaging met
5 pCt., met ingang van 1 Januari 1936, van de jaar-
wedden van den Burgemeester, dcn Secretaris en den
Ontvanger dezer gemeente.
Zooals U bekend zal zijn, zoo schrijven Gedepu-
teerde Staten in de circulaire, ligt het in het voorne-
men van de Regeering, gelijke verlaging ook op de
salarissen van het Rijkspersoneel toe te passen.
Wij vestigen er Uwe aandacht op, dat de thans
voor genoemde functionarissen geldende salarisregeling,
nadat de Kroon daaraan goedkeuring heeft verleend,
op 1 April j.l. en dus nog slechts korten tijd geleden
in werking is getreden.
Het komt ons voor dat zich sedert dien datum geen
omstandigheden hebben voorgedaan die hetgewenscht
of noodzakelijk maken dat thans weder eene verlaging
wordt toegepast. Het enkele feit, dat het mct het oog
op de Rijksfinanciën noodig is eene verlaging op de
b'ezoldiging van het Rijkspersoneel toe te passen, geeft
daartoe o.i. ook geen aanleiding. Wel zijn wij van
meening dat, wanneer het noodig mocht zijn, over te
gaan tot verlaging van de loonen en salarissen van
het gemeentepersoneel, deze verlaging zich dan ook
zal behooren uit te strekken tot den Burgemeester,
Secretaris en Ontvanger. In dat geval is dan van ons
een voorstel te verwachten om Gedeputeerde Staten
uit te noodigen ook voor deze functionarissen een
verlaging toe te passen.
