20 December 1935
310
verhooging in te voeren. Het ongedekte tekort wil spr. in
mindering zien gebracht van den post onvoorziene uit-
gaven of, als Burgemeester en Wethouders willen dat het
uit de reserve wordt genomen, heeft hij daartegen ook
geen bezwaar. Spr. acht het van belang, dat het woord
belastingverhooging niet in het progranr voorkomt.
De heer Van der Erf zegt, dat nu ook in bespreking
komt het voorstel van spr. en anderen om 25 opcenten
op de vermogensbelasting en 10 opcenten op de ge-
meente-fondsbelasting te heffen.
Spr. moet tegen het voorstel van den heer Van Unen
stemmen, omdat de motieven, die spr. bij zijn voorstej
naar voren heeft gebracht, niet zijn weggenomen. Zijn
argumenten zijn niet omver geredeneerd. Wanneer de
Raad het voorstel van den heer Van Unen aanneemt, dan
zal van een tariefsvermindering voor electriciteit in het
komende jaar niets komen. Spr. ontraadt al degenen, die
meenen dat tariefswijziging noodig is, aanneming van
het voorstel van den heer Van Unen.
De Voorzitter verklaart te voelen voor het voorstel
van den heer Van Unen. Spr. wil het ongedekte tekort
zoeken uit den post onvoorziene uitgaven, waardoor
deze wordt gebracht van f 36.099,23f 7269 is
f 28.830,23.
De Voorzitter brengt in stemming het voorstel van
den heer Van der Erf c.s. orn 25 opcenten te heffen op
de hoofdsom der Vermogensbelasting en 10 opcenten
op de hoofdsom der fondsbelasting, welk voorstel met
-69 stemmen wordt verworpen.
Voor stemden de heeren Van der Erf, Van der Linden,
Jonckbloedt, Meeuwenoord, Van Lent en de Wethouder
Dr. Droog.
Tegen stemden de heeren Voors, De Tello, Disselkoen,
Audretsch, Kromhout, Rijkes, van Unen, Mr. von Meyen-
feldt en de Voorzitter.
De Voorzitter brengt vervolgens in stemming het voor-
stel van den heer Van Unen om geen opcenten op de
hoofdsom der verinogensbelasting te heffen, doch het
ongedekte tekort op de begrooting te nemen uit den post
onvoorziene uitgaven. Dit voorstel wordt met 96 stem-
men aangenomen.
Voor stemden de heeren Voors, De Tello, Disselkoen,
Audretsch, Kromhout, Rijkes, Van Unen, Mr. von Meyen-
feldt en de Voorzitter.
Tegen stemden de heeren Van der Erf, Van der Linden,
lonckbloedt, Meeuwenoord, Van Lent en Wethouder
Dr. Droog.