20 D.ecember 1935
246
sor, doch als je zijn betoogen naderhand ontleedde, bleef
er als regel niet veel van over. Dat de S.D.A.P. zich
zou verzetten tegen het heffen van opcenten op de ver-
mogensbelasting, kan spr. zich niet voorstellen. Het is
echter niet de eerste maal, dat de heer Disselkoen zijn
veranderlijkheid demonstreert. Is hij niet van socialist
revolutionnair socialist geworden en daarna wederotn
socialist, terwijl hij nu weer bedoezeld in zwijm is komen
te vallen in de armen van den heer Van Unen. Nog een
dezer dagen zei een conservatief socialist tegen spr. „als
de socialisten zoo stom zijn, dat ze je voorstel niet aan-
nemen, dan begrijp ik er niets van".
De heer de Tello: „Dat zal dan Duys wel gezegd
hebben".
De heer Dr. Droog, Wethouder, zegt dat dit niet van
den heer Duys afkomstig is. Voorts deelt spr. mede, dat
Wethouder Jhr. van de Poli en hij het oorspronkelijk
in Burgemeester en Wethouders met elkaar eens waren
over die 25 opcenten op de vermogensbelasting. Wet-
houder Jhr. van de Pol! heeft toen in de Financiëele Com~
missie een geweldigen tegenstand tegen dit voorstel
ondervonden en aangezien hij het onaangenaam vond
om altijd in conflict te komen met deze Commissie
het vorige jaar was dat ook al voorgevallen heeft hij
zich van dat voorstel Iosgemaakt. Spr. is echter bij dat
voorstel gebleven en heeft nadien in zijn îractie zelfs
betoogd dat hij nog verder wilde gaan. Van een aanval
in den rug van den Wethouder van Financiën is dan ook
geen sprake. De heer Kromhout is spr. nog het meeste
meegevallen, in ieder geval heel wat meer dan de
S.D.A.P., speciaal ten aanzien van de tariefsverlaging.
Aan den heer Voors zou spr. willen zeggen, dat angst
voor de toekomst in dit geval zeker niet ongemotiveerd
iis. Spr. heeft gewerkt rnet cijfers, die onwederlegbaar
zijn. De heer Voors mag nog zulk een optimistischen kijk
hebben op de bedrijven, de Directeur deelt dat optimisme
zeker niet ten opzichte van het gasbedrijf. Ook werd
nog door den heer Voors betoogd, dat het nu geen tijd
is om reserves te maken. Spr. zou willen zeggen, dat het
nu geen tijd is om de reserves op te maken. Verder heeft
de heer Audretsch zich tegen het heffen van opcenten
op de vermogensbelasting verklaard. De kleinere ver-
mogens, n.I. beneden de /16.000 vallen daar echter
buiten.
De Voorzitter dankt de heeren, die Burgemeester en
Wethouders hebben willen bedanken voor hun beleid. De
welwillende woorden, tot den Burgenreester gericht,