11
27 Februari 1936
8
2. Wanneer de Burgemeester ontslag verleent op een
korteren termijn dan als opzeggingstermijn geldt en dit
niet geschiedt op verzoek van den ambtenaar dan wordt
hem bij het ontslag de wedde uitbetaald voor den tijd
die nog aan den opzeggingstermijn ontbreekt.
3. Wanneer een ambtenaar wordt geschorst of wan-
neer hem de toegang tot het bureau wordt ontzegd, kan
gedurende den termijn daarvan het salaris geheel of
gedeeltelijk worden ingehouden. Wanneer de schorsing
■niet door eene straf wordt gevolgd, wordt het inge-
houdene alsnog uitbetaald.
Artikel 18.
Wegens zeer bijzondere omstandigheden, waaronder
ook begrepen langdurige trouwe dienst, kunnen Burge-
meester en Wethouders een belooning toekennen.
Aanspraken ingeval van vacantie, verlof,
en afwezigheid wegens ziekte.
Artikel 19.
De ambtenaar behoudt aanspraak op bezoldiging ge-
durende:
a. de hem toegekende jaarlijksche vacantie;
b. een hem wegens dringende redenen verleend verlof.
Artikel 20.
Aan den ambtenaar, wiens vacantie-verlof om redenen
van dienstbelang wordt ingetrokken, kan, wanneer hij
tengevolge van die intrekking schade lijdt, deze schade,
op voorstel van den Burgemeester en na overleg met den
ambtenaar, worden vergoed.
Artikel 21.
Indien voor de waarneming van het lidmaatschap van
eenig orgaan van een publiekrechtelijk lichaam, waarin
de ambtenaar benoemd of gekozen is, hern door den
Burgemeester buitengewoon verlof is verleend, zal dit
kunnen zijn al of niet met behoud van wedde.
Artikel 22.
1. De ambtenaar, die als militair ingevolge eene uit
de wet of uit eene verbintenis voortvloeiende verpiichting
in werkelijken dienst is, behoudt over den tijd van dezen