29 26 Maart 1936 IV gebruik maakt vöôr 30 April 1941, zal zij aan „de Nillmij" eene boete verschuldigd zijn van 1 pCt. over het bedrag, dat zij aflost boven het sub III bepaalde. VI. De gemeente verbindt zich van de gemelde hoofdsom, of het niet afgeloste gedeelte daarvan, eene rente te zullen betalen, berekend naar vier en een achtste ten honderd 's-jaars, verschijnende telkens op 1 Mei en 1 November van elk jaar, voor het eerst op 1 November 1936 over het aisdan verschenen tijdvak, te rekenen van den datum van de opneming der gelden. VII. a. De overeengekomen aflossingen en rente- betalingen op de overeengekomen vervaldagen kunnen niet zonder machtiging van de verzekeringskamer aan „de Nülmij" geschieden, wanneer de verzekeringskamer aan de gemeente heeft kennis gegeven, dat een en ander slechts kan plaats hebben met hare machtiging b. Extra afiossingen of vervroegde rentebetalingen kunnen niet geschieden zonder machtiging van de verzekeringskamer c. Ten aanzien van de schuldvordering kan geene overeenkomst of eenigerlei rechtshandeling worden gesloten of aangegaan, zonder machtiging van de ver- zekeringskamer d. De gemeente zal zich nimmer op compensatie met eene vordering van hare zijde kunnen beroepen. VIII. a. Indien de verzekeringskamer in het sub VII a bedoelde geval hare machtiging niet verleent, kunnen de betalingen plaats hebben bij eene door „de Nillmij" cnder goecke.ring der verzekeringskamer aan te wijzen Bankinstelling en zal aan de gemeente door die Bankinstelling namens „de Nillmij" kwijting worden verleend b. Indîen de verzekeringskamer in het sub VII b bedoelde geval hare machtiging niet verleent, dan zal „de Nillmij" onder goedkeuring der verzekeringskamer, eene Bankinstelling aanwijzen, bij welke de betalingen kunnen geschieden en zal aan de gemeente door die Bankinstelling kwijting worden verleend. IX. Bij niet-betaling van interest en/of aflossing, binnen acht dagen na de vervaldagen hierboven ge- noemd, zal de gemeente wegens vertraagde betaling

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1936 | | pagina 44