55
30 Juli 1936.
In ons pra2-advies van 10 Juni j. 1. deelden wij
mede dat de controle van een zoo groot aantal werk-
loozen als alhier aanwezig is, in het belang der ge-
meente-financiën, een goede verzorging eischt. Wij
voegden daaraan toe dat de werkzaamheden voor één
controleur reeds thans te omvangrijk zijn en wij ver-
zoeken U machtigmg tot het in dienst nemen van nog
een controleur. Dit voorstel handhaven wij omdat de
voorgestelde regeling eveneens uitbreiding van werk-
zaamheden met zich brengt en, zooals hiervoor ge-
zegd, de controle intensiever moet zijn dan op heden
mogelijk is. De voor controlediensten nieuw aan te
nemen persoon zouden wij in los dienstverband wil-
len aanstellen op nader door ons te bepalen salaris.
Tevens stellen wij U voor om dengene, die thans
voor controle is aangewezen, en die door Openbare
Werken voor dat doel is beschikbaar gesteld, geheel
van Openbare Werken los te maken en als ambtenaar
met deu titel van „Controleur der Werkloozen" te
plaatsen in groep 4 van de jaarwedderegeling voor
de ambtenaren. Het betreffende ontwerp-besluit voe-
gen wij hierbij.
Hoewel de voorgestelde regeling minder admini-
stratieven arbeid zal vergen dan de rijkssteunregeling
zal toch uitbreiding van het administratieve personeel
niet achterwege kunnen blijven.
Wij verzoeken U daarom de noodige gelden be-
schikbaar te stellen om de maatregelen te treffen,
welke wij wenschelijk achten. De hiervoren bedoelde
maatregelen ter voorziening in voldoende controle en
administratie zullen vorderen een bedrag van rond
f 2700.—.
Voorts deelen wij U mede dat wij het gewenscht
achten dat wij voor de uitvoering van de steunrege-
ling voor werkloozen worden bijgestaan door een
Commissie als bedoeld in art. 60, 2e alinea der Qe-
meentewet. Een ontwerp-besluit tot aanvulling van de
Verordening, regelende de samenstelling en den werk-
kring der vaste Commissiën bieden wij U in verband
daarmede ter vaststelling aan, terwijl wij U voorts
verzoeken over te gaan tot benoeming der leden, die
in bedoelde commissie zullen zitting nemen.
Tenslotte voegen wij hieraan toe, zooals reeds in
ons prae-advies van 10 Juni j. 1. is gezegd, dat het
gewenscht is met den Qemeentelijken Dienst voor