55b -30~jtîH 1936.
Art. 20a.
Het Bestuur is verplicht, wanneer Burgemeester en
Wethouders of de Raad zich met een genomen be-
slissing niet kunnen vereenigen, deze beslissing zoo
spoedig mogeiijk in den door Burgemeester en Wet-
houders of den Raad aangegeven zin te herzien en bij
volgende beslissing de zienswijze van Burgemeester
en Wethouders of den Raad van overwegenden in-
vloed te doen zijn.
4°. in te trekken art. 28 en daarvoor in de plaats
te stellen een nieuw artikel, luidende:
Art. 28.
Boeken en kas van den penningmeester worden
tenminste éénmaal in elk kwartaal zonder voorafgaan-
de aankondiging van hun komst, door Burgemeester
en Wethouders opgenomen. Deze kunnen.dit ook op-
dragen aan een der leden van hun college of aan een
daartoe aangewezen deskundige.
Voorts zullen boeken en kas te allen tijde door of
vanwege Qedeputeerde Staten kunnen worden opge-
nomen.
De Secretaris-Penningmeester geeft gelegenheid voor
opname van boeken en kas. Hij verstrekt aan Burge-
meester en Wethouders en aan de door hen aange-
wezen ambtenaren, alsmede aan het Bestuur alle ver-
langde inlichtingen omtrent de boekhouding van den
Dienst en de daarbij behoorende bescheiden.
B. te bepalen, dat de onder A genoemde wijzigin-
gen in werking treden op den dag, volgende op dien,
waarop de goedkeuring van Gedeputeerde Staten bij
Burgemeester en Wethouders is ontvangen.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den
De Secretaris, De Voorzitter,