3 December 1936.
257
Ook de Burgemeester als hoofd van de armenzorg
is een mensch en ook hij zal het noch in de eene
noch in de andere functie iedereen naar den zin kun-
nen maken. Maar dat het hoofd van de armenzorg
geen soepel man zou zijn, is een gansch nieuw ge-
luid. En een klacht over gebrek aan soepelheid uit
■de mond van den ininderheids-wethouder, dat is ook
een nieuw geluid.
Maar bovendien, laat men met verwijten over een
tekort aan soepelheid in deze voorzichtig zijnDe
Raad had, na studie en voorlichting door een speciale
commissie, met algemeene stemmen een uitspraak
gedaan
Daarna paste den Burgemeester slechts één ding:
te zorgen dat deze uitspraak geëerbiedigd werd. Hier
zou een soepelheid geworden zijn tot een onbetame-
lijkheid jegens den Raad. Niemand minder dan de heer
Van Unen heeft er in de vergadering van 24 Septem-
ber den Burgemeester een verwijt van gemaakt, dat
deze niet eerder, sneller en krachtiger, dus minder
soepel heeft ingegrepen.
De Raad wordt nu door de minderheid van Burge-
meester en Wethouders uitgenoodigd, wel te willen
gelooven, dat door middel van een gedelegeerde een
voldoende toezicht door Burgemeester en Wethouders
verzekerd zal zijn en dat daarmede alle verdere moei-
lijkheden bij voorbaat voorkomen zullen worden.
Laat mij aannemen, dat deze gedelegeerde méér zal
beteekenen dan een wasse neus, dan moet toch wor-
den vastgesteld dat het allerbeste toezicht van Burge-
meester en Wethouders ons niets verder kan brengen.
Want aan het toezicht door Burgemeester en Wethou-
ders heeft het nooit gehaperd. De moeilijkheden zijn
niet gerezen omdat Burgemeester en Wethouders geen
toezicht hielden of konden houden en er dus dingen
plaats vonden die de Raad niet wilde, maar waar de
Raad niets van wist. integendeei, de Burgemeester was
dank zij zijn toezicht spoedig op de hoogte en reeds
op 16 Mei 1935 werd door Burgemeester en Wethou-
ders aan Maatschappelijk Hulpbetoon wijziging van
haar gedragslijn verzocht. Maar zonder eenig resultaat.
In de laatste raadsvergadering is als iets héél ge-
wichtigs opgeblazen, dat Maatschappelijk Hulpbetoon
niet het heele rapport van de commissie ad hoc kende.
Maatschappelijk Hulpbetoon rnag dat rapport wat spre-