23
4 Maart 1937.
10. De geldleening zal worden aangegaan op een-
voudige schuldbekentenis. Alle kosten op de tenuitvoer-
legging van dit besluit vallende, nret uitzondering van
de kosten als bedoeld onder 9, alsmede alle belastingen,
waarmede kapitaal- en rentebetalingen als zoodanig
mochten worden getroffen, nu en later, zijn voor rekening
van de gemeente
11. Bij niet-nakoming van één of meer van de be-
palingen van dit besluit zal het restant der leening met
de rente terstond en ineens opvorderbaar zijn en zulks
met inachtneming van hetgeen in 4. is bepaald
12. Voor het sluiten der geldleening zal van het
opgenomen bedrag voor eens een provisie kunnen wor-
den uitgekeerd
13. Ter verzekering van de geregelde betaling der
verschenen rente en der verplichte aflossingen, worden
de daartoe vereischte sommen jaarlijks op de begrooting
van de gemeente in uitgaaf gebracht en bestreden uit
de gewone inkomsten der gemeente.
Uitzondering hierop vormt de buitengewone aflossing-,
bedoeld onder 4, welke onder goedkeuring van Gede-
puteerde Staten geheel of gedeeltelijk uit buitengewone
middelen mag worden bestreden.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den
4 Maart 1937.
De Secretaris,
De Voorzitter^