103
28 October 1937.
MELKVERSTREKKING OP SCHOLEN.
AAN DEN RAAD.
In raadsbesluit n°. 42 van 23 Maart 1937 werd U
medegedeeld, dat na afloop van den tijd, gedurende
welken een proef werd genomen met de verstrekking
van melk tijdens de schooltijden aan leerlingen der
Openbare School aan den Voorweg, zou worden on-
derzocht of er aanleiding bestaat om na de zomer-
maanden, ook op andere scholen, weer met meikver-
strekking te beginnen.
Uit het ingesteld onderzoek is gebleken dat zoowel
de schoolarts, als het Hoofd der school van oordeel
zijn, dat de proef als geslaagd kan worden beschouwd
en dat het alleszins aanbeveling verdient weer aan te
vangen met de verstrekking van melk.
De Besturen der bijzondere scholen werden in de
gelegenheid gesteld hun standpunt omtrent deze ma-
terie uiteen te zetten en uit de ontvangen antwoorden
blijkt, dat zoowel de Besturen der R. K. Scholen, als
het Bestuur der Bijz. Prot. Scholen gaarne bereid zijn
mede te werken om melkverstrekking ook op hun
scholen mogelijk te maken.
Omtrent de wijze waarop een en ander zou kunnen
geschieden bestaat bij deze Besturen uiteraard nog
geen duidelijk beeld. Daarover zal echter, zoodra mo-
gelijk, overleg worden gepleegd.
Het is onze bedoeling over te gaan tot de samen-
stelling van een Schoolmelkcomité, dat zich belast
met de regeling van de melkverstrekking. Tot het
voeren van besprekingen en het treffen van maatrege-
len zouden wij reeds zijn overgegaan, ware het niet,
dat ons ter oore was gekomen, dat dezer dagen een
belangrijke wijziging is te wachten van de voorwaar-
den, waaronder door het Centraal Schoolmelkcomité
te 's Gravenhage medewerking wordt verleend, voor
de melkverstrekking op scholen.
Dit feit heeft ons aanleiding gegeven met het voeren
van besprekingen te wachten, teneinde deze aange-
legenheid geheel te kunnen regelen naar de binnen
enkele dagen vast te stellen nieuwe voorwaarden.
Wij hebben echter gemeend inmiddels te moeten