6 Januari 1939.
37
Zulk een betere oplossing ziet hij dan graag met méér
dan buitengewone belangstelling tegemoet.
Intusschen betreft het hier een begeleidend verschijn-
sel. De hoofdzaak zijn de hooge huren, waaronder nog
zeer veel arbeiders in onze gemeente te lijden hebben.
Een jaar geleden is de kwestie van den arbeiderswoning-
bouw in verband met het adres van ,,Beter Wonen
naar de Comnrissie van Openbare Werken verwezen.
Thans is op den Kapitaaldienst een memoriepost voor
de stichting van nieuwe arbeiderswoningen opgenomen.
Dat kan beteekenen, dat de zaak in orde komt. Dat
zou het ook eigenlijk moeten beteekenen, maar als spie-
ker bedenkt, dat de memoriepost voor het openbaar
voorbereidend onderwijs nu voor het derde jaar op de
begrooting staat, dan zal men begrijpen, dat hij aan
een Heemsteedschen memoriepost niet veel waarde meer
hecht.
Spreker heeft eerst vandaag, een door Burgemeester
en Wethouders overgelegde nota over arbeiderswoning-
bouw, bij de stukken gezien. Hij moet daar ernstig be-
zwaar tegen maken. Als Burgemeester en Wethouders
van plan waren hierover een nota tot den Raad te
richten, dan zou deze toch uiterlijk op 27 December,
den oorspronkelijken datum van deze vergadering, moe
ten zijn overgelegd. Het is volgens spreker niet noodig
een dergelijk stuk eerst nog weer 14 dagen vast te
houden. Hij betreurt dezen gang van zaken.
Spreker merkt voorts op, dat in deze nota met over
dubbelbewoning wordt gesproken. Hij wil op dit punt
opnieuw de aandacht vestigen en hij vraagt zich wel
eens af of Burgemeester en Wethouders wel weten hoe
erg op dit punt in Heemstede de toeständ is.
Zijn Burgemeester en Wethouders bereid, vraagt spie-
ker, door de woninginspectrice een nieuw onderzoek
naar den tegenwoordigen stand van dit vraagstuk te
laten instellen, en het resultaat daarvan ter kenrns van
den raad te brengen? Spreker vraagt een onderzoek
door de woninginspectrice, omdat natuurlijk de atnb-
tenaren van het bevolkingsregister heel gemakkehjk en
heel vlug kunnen nagaan welk aantal dubbelbewomn-
gen wij hebben, maar uit dat aantal zou niets blijken
van den feitelijken toestand, waaronder die dubbelbe-
woning plaats vindt. Veel belangrijker dan het aantal
nog is de vraag naar de hygiënische en zedelijke ver-
