6 Januari 1939.
61
over te gaan. Belastingverhooging is en blijft, naar spre-
kers bescheiden meening, funest.
Heemstede krijgt ook geen extra annexatie-uitkeering
meer van Haarlem, ook zijn zoo goed als geen voordee-
len meer te verwachten van conversie en moet, waar
de bodem van de reservepotjes duidelijk zichtbaar is,
allereerst gedacht worden aan mogelijke aanvulling der
reserves.
Spreker zal dus zijn stem onthouden aan alle voor-
stellen, van welke zijde ook, die belastingverhooging
tengevolge zouden hebben.
Wat het voorstel tot steun aan mogelijke omscholing
der werkloozen betreft, wil spreker dit voorstel wel
steunen, doch hierbij ook wijzen op hetgeen de heer
Jonckbloedt naar voren bracht. Het is ook spreker van
nabij bekend welk goed werk het comité tot ontwikke-
ling en ontspanning der werkloozen reeds verricht en
hij wil zijn voorzitter en het comité gaarne alle mogelijke
hulde brengen. Liever zou spreker dit comité zooveel
mogelijk willen steunen, dan hieraan nog weer een
nieuwe instantie toe te voegen in den vorm van onder-
zoek langs een anderen weg.
Met het voorstel van den heer Rijkes omtrent nader
onderzoek, teneinde zoodoende wellicht te komen tot
openbaar voorbereidend onderwijs, kan spreker gaarne
meegaan.
In verband met verder onderzoek omtrent dubbel-
bewoning te Heemstede, waarover de heer Disselkoen
sprak, moet spreker wel erop wijzen, dat dit een twijfel-
achtig argument zou zijn voor stichting van meerdere
arbeiderswoningen met gemeentegeld. Het is hem be-
kend hoe sterk de pogingen zijn van arbeiders van
buiten om op deze wijze te trachten zich in Heemstede
te vestigen en zicli dan later als gerechtigde voor steun
te ontpoppen.
Dit is funest voor de mooie geineente Heemstede en
evenmin in het belang van den arbeidersstand hier.
De heer Meeuwenoord wil bij deze begrooting niet
suggestief werken op de komende verkiezingen. Hij
laat dit graag over aan die groepen, die om bepaalde
redenen dit wel wenschen te doen of het misschien inoe-
ten doen. Hij wil liever den algemeenen indruk verster-
ken, welke bij het overgroote deel van Heemstede's bur-
gerij en ook ver daarbuiten aanwezig is, n.l. groot ver-