86
6 Januari 1939.
11. „Omscholing" van Bloemistarbeiders.
Na een korte bespreking over de vraag welke instan-
tie zich met de omscholing zal bezig houden, verklaart
de heer Disselkoen, dat als in het Comité tot ontwikke-
ling en ontspanning van werkloozen zaken ter sprake
komen als de onderwerpelijke, hij en zijn fractiegenoot
gaarne in dat Comité zitting zullen nemen. Spreker ver-
klaart voorts, het door de S.D. fractie ingediende voor-
stel in te trekken, nu wel is gebleken dat aan deze
zaak volle aandacht zal worden geschonken.
De Voorzitter brengt nu in behandeling, de naar aan-
leiding van de gevoerde discussies gewijzigde motie
van den heer Rijkes, luidende:
„De Raad verzoekt Burgemeester en Wethouders, om
in overleg met het Comité tot ontwikkeling en ontspan-
ning van werkloozen, een zoo volledig mogelijk onder-
zoek in te stellen naar de omscholing van de werklooze
bloemist-arbeiders in onze gemeente en heeft geen be-
zwaar, indien noodig, daarvoor een bedrag beschikbaar
te stellen."
Deze motie wordt zonder beraadslaging en zonder
hoofdelijke stemming aangenomen en gaat de vergade-
ring er mede accoord, dat hiervoor een memorie-post
op de begrooting zal worden uitgetrokken.
Xlllh. Voorstel tot verlaging van de opcenten op de
Personeele Belasting, ingediend door de heeren
Disselkoen en de Tello.
Het prae-advies van Burgemeester en Wethouders is
opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
15. Opcentenheffing Personeele Belasting.
Op voorstel van den Voorzitter, wordt zonder hoof-
delijke stemming besloten dit voorstel aan te houden,
om Burgemeester en Wethouders in de gelegenheid te
stellen een nader prae-advies uit te brengen.
De Voorzitter stelt aan de orde de behandeling van
de begrooting voor den