6 Januari 1939. 91
De Voorzitter zal dit bespreken met het hoofd der
politie.
De heer van der Erf zegt, dat tijdens de strenge vorst-
periode enkele branden zijn ontstaan. Nu heeft het
spreker gefrappeerd, dat deze brandjes zijn ontstaan
■door geconstateerde minder juiste bouwmethoden.
Vooral op den bouw van schoorsteenen acht spreker
het toezicht onvoldoende. Bij een nog kort geleden ge-
sticht gebouw b.v., moest nu de schoorsteen al worden
afgekeurd. Spreker vraagt Burgemeester en Wethouders,
de aandacht van Openbare Werken er op te vestigen,
dat daarop beter wordt toegezien.
De Voorzitter zal hieraan gevolg geven.
Bij volgno. 11 merkt de heer de Tello op, dat de
wethouder steeds zoekende is naar nieuwe werkver-
schaffingsobjecten. In dit verband zou spreker willen
aanbevelen, om den straataanleg ten zuiden van de
Sportparklaan tijdig ter hand te nemen, vooral omdat
de ontwikkeling der gemeente door de daar beschikbare
gronden, in die richting gaat.
Het is spreker thans voldoende om te weten, dat dit
punt de aandacht van Burgemeester en Wethouders
heeft, zoodat het t.z.t. in de Commissie van Openbare
Werken ter sprake gebracht kan worden.
Nadat door Wethouder Dr. Droog voor dit verzoek
de noodige aandacht is toegezegd, wordt deze begroo-
ting vervolgens zonder hoofdelijke stemming ongewij-
zigd vastgesteld.
De Voorzitter stelt vervolgens aan de orde de be-
grooting voor het
Grondbedrijf
voor 1939, welke begrooting op den gewonen dienst
aan baten en lasten een totaal aangeeft van J 57.256.25
en op den kapitaaldienst een totaal aan inkomsten en
uitgaven van _f 360.000.
De heer van Unen verzoekt om, voor den indertijd
gedanen grooten aankoop aan de Heemsteedsche Dreef,
welke aan het Grondbedrijf is toegevoegd, een nieuw,
apart hoofd te vormen in de begrooting. Dit bevordert
de overzichtelijkheid.