45
8n8drr4rn artQM7 van d,e Wet van 27 APrii
30 Maart 1939.
Art. 6.
De Psychiatrische Dienst is belast met:
1. de beoordeeling van de noodzakelijkheid van 0p-
van 9eesteszieken in een krankzinnigen-
gesticht of aangewezen inrichting. als bedoeld
tni f0' t0t re9elin9 van het Staats-
toezicht op krankzinmgen, wier opneming is qe-
vraagd voor rekening van een toegetreden gemeen-
2. de plaatsing van geesteszieken in andere inrich-
tingen of m een gezin;
3. het zoo noodig bezoeken van geesteszieken. die in
verschdlende mrichtingen voor rekeninq van
een toegetreden gemeente worden verpleegd;
4. het regelmatig bezoeken van geesteszieken. die
of met medewerking van een toeqetreden
gemeente m eigen gezin worden verpleegd of in
een gezm m de gemeente zijn ondergebracht;
et zoo noodig regelmatig contrôleeren van patiën-
ziekt"3 °nt: verPle9in9 wegens geestes-
ziekte;
6.
het houden van toezicht op de scholen voor bui-
tengewoon lager onderwijs en het geven van het
advies betreffende Nazorg voor leerlingen van het
buitengewoon onderwijs;
7. het uitbrengen van advies aan schoolartsen omtrent
kmderen met geestelijke afwijkingen;
8. het adviseeren aan officieele instanties betreffende
geesteszieken; ae
9. het voorlichten van contrôle-artsen omtrent leden
Van et9emeente-personeel, wier klachten op
psychiatnsch gebied liggen;
10. het voeren van een goede administratie zoodat de
verspreidmg en de aard der patiënten in en buiten
gestichten nauwkeurig bekend is;
11. het adviseeren omtrent de noodzakelijkheid van
m bewarmg stellen van krankzinnigen; en voorts
d- at tfhî' T*rden tot het 9ebied van dien
npn te beh°oren. Met vereenigingen en instellin-
gen. welke zich op hetzelfde of aangrenzend terrein
bewegen, wordt zooveel mogelijk samengewerkt