224 29 Juni 1939. heid, dat n.l. jonge meisjes in bepaalde bedrijven werk- zaam zijn die door mannelijk personeel vervangen zou- den kunnen worden, is spreker niets gebleken. Spreker refereert dan ook naar den geest die het raadsstuk ademt. Spreker meent, dat de door hem naar voren ge- brachte verschilpunten er toe moeten leiden, dat ook voor dit onderdeel een eigen standpunt wordt inge- nomen. Het gedeeltelijk aanvaarden van de rijkssteun- regeling brengt consequenties met zich mee, die door den Raad onder de oogen zouden moeten worden ge- zien. De heer Disselkoen zegt, dat de heer van der Lînden zich er over heeft beklaagd, dat Burgemeester en Wet- houders hun in Januari j.l. gedane toezegging niet willen nakomen. Burgemeester en Wethoudars moeten dit voor zich zelf maar beantwoorden. Spreker is echter van meening, dat de omstandigheden van toen niet gelijk waren aan die van nu. De eerste circulaire van den Minister had weinig beteekenis. Na de toezegging van Burgemeester en Wethouders op 6 Januari 1939, verscheen een tweede circulaire, waardoor de situatie geheel veranderde. Daarna verscheen een derde circu- laire, waaruit dus wel blijkt, hoe ondoordacht deze materie behandeld is. De invoering van dezen maatregel ?al. volgens de berekeningen, f 7000.kosten. Een ieder zal het met spreker eens zijn, dat als deze maatregel voor de werk- loozen wordt toegepast, hij dan ook zal moeten gelden voor de gesteunden van Maatschappelijk Hulpbetoon. Doch hierdoor zullen de kosten wel tot 10.000. stijgen. Sedert het oogenblik van de vaststelling der steun- regeling, zijn de kosten van levensonderhoud zôö ge- stegen, dat een verhooging van den post werkloozen- steun met 10.000.alleszins gemotiveerd is, mits alle gesteunden daarvan in gelijke mate profiteeren en dan toch in de eerste plaats zij, die het 't meest noodig hebben. De nu gevraagde maatregel beteekent echter, dat zij, die.het 't meest noodig hebben, niets krijgen, doch dat de baten ten goede komen aan hen, die reeds gezinsinkomsten hebben. Er zijn groote groepen van belanghebbenden, die invoering van den maatregel on- gewenscht achten. De onbillijkheden stuiten ook de meerderheid van Burgemeester en Wethouders en de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1939 | | pagina 10