29 Juni 1939.
233
op het program der S.D.A.P. geen voorstellen yoor-
komen, die onbillijk en onredelijk zijn. Men zal zi]n
fractie altijd kunnen vinden vöor algemeene arbeiders-
belangen en -verlangens. Dit voorstel is echter een
specifiek R.K. belang, dat in zijn uitvoering tot excessen
leidt.
Spreker staat er verwonderd over, dat de heer Kiom-
hout hier met de Roomsch Katholieken meegaat. Maar
nog meer is spreker er verbaasd over, dat de Liberaltn,
nu er van R.K. zijde een voorstel komt, met stomheid
geslagen zijn. Blijkbaar werpen groote gebeurtenissen
hun schaduwen vooruit.
De heer van Unen zegt, dat er raadsleden zijn, die
de eigenschap bezitten altijd veel te zeggen, terwijl
anderen, als er niets te zeggen valt, dan ook hun mond
houden. Sprekers fractie is het, ten aanzien van het m
behandeling zijnde onderwerp, volmaakt met Burge-
meester en Wethouders eens, waarom er z.i. geen aan-
leiding bestaat, hieraan veel woorden te verspillen, in
tegenstelling met de S.D.A.P., die dit wel gedaan heeft.
Dit is volgens spreker het verschil tusschen een Libe-
raal- en een S.D. raadslid.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, zegt, dat in
eerste instantie door den Wethouder de toezegging is
gedaan, dat tot invoering van den gevraagden maat-
regel zou worden overgegaan. Spreker wijst er echtei
op dat Burgemeester en Wethouders te voren slechts
een korte vergadering hadden gehouden. Later toen
Burgemeester en Wethouders de verschillende gevol-
gen^die aan invoering verbonden waren, goed hadden
overzien kwam het hun beter voor, de toezegging niet
gestand te doen. Spreker vindt het niet zoo slecht om
op een eerst genomen besluit te rug te komen, indien
blijkt, dat het beter ten halve gekeerd is dan ten heele
gedwaald.
Het voorstel van den heer van der Linden, dat door
de heeren Meeuwenoord en van der Erf wordt onder-
steund, door den Voorzitter in stemming gebracht,
wordt verworpen met 7-8 stemmen.
Voor het voorstel stemden de heeren Kromhout, van
der Erf, van der Linden, Jonckbloedt, Meeuwenoord, van
Lent en Wethouder Dr. Droog.
Tegen het voorstel stemden de heeren Disselkoen,