270
28 Juli 1939.
lijn waar deze moet zijn. Vroeger kon de R.K. fractie
alles zelf zeggen, doch dit is nu anders geworden.
De Voorzitter merkt op, dat Burgemeester en Wet-
houders door het betoog van den heer Disselkoen dus
niet zijn aangevalien. Burgemeester en Wethouders
hebben gemeend hun opinie vooruit in het raadsstuk
te nioeten mededeelen, hetgeen de discussie misschien
zou verkorten. Nu brengt de heer Disselkoen de kwestie
van wantrouwen bij de andere partijen tegenover de
S.D.A.P. in 't geding. Dit lijkt spreker een soort ge-
vecht in de toekomst. Spreker acht dit niet in het be-
iang van de gemeente.
De heer Disselkoen vindt, dat de Voorzitter het
verdedigen van hun houding aan de betrokkenen had
moeten overlaten. Het spijt spreker, dat de Voorzitter
den handschoen opneemt. Hij acht dit noodeloos. Door
deze wijze van doen is het voor spreker duidelijk dat
niet 9 maar eigenlijk 10 handteekeningen onder het
voorstel hadden moeten staan. Spreker zal dit niet
vergeten en daarnaar zijn houding bepalen.
De Voorzitter zegt, dat hij wel een collega van de
raadsleden is, maar dat hij nu, als zittende op den
Voorzittersstoel, buiten de partijen staat. Spreker ge-
looft stellig, dat als de Burgemeester de vergadering
had geleid, deze op dezelfde manier zijn standpunt
had weergegeven. Spreker achtte zich dan ook ver-
pliclit bij zijn optreden als loco-burgemeester de ge-
dachten van den Burgemeester te verkondigen.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof-
delijke stemming vastgesteld.
Rondvraag.
Verslag Gasbedrijf.
De heer Audretsch spreekt er zijn blijdschap over
uit, dat door den Directeur der Gasfabriek in het jaar-
verslag hulde is gebracht aan het personeel der Gas-
fabriek, voor de wijze waarop het, onder de in het
verslag aangegeven moeilijke omstandigheden, zijn werk
heeft verricht.
Lichtmasten Heerenweg.
De heer Van der Erf heeft tot zijn genoegen ge-
