§5 October 1939. VASTSTELLING PENSIOEN OUD-WETHOUDER. AAN DEN RAAD. In verband met zijn aftreden als wethouder dezer gemeente heeft de heer Dr. E. A. M. Droog aan U het verzoek gericht hem krachtens de betrekkelijke verordening pensioen toe te kennen. Naar aanleiding van dit verzoek herinneren wij er aan, dat de pensi- onneering van de wethouders laatstelijk is geregeld bij raadsbesluit van 30 Juni 1936, n°. 43. In artikel 12 van die verordening is echter bepaald, dat voor de wethouders, die op 13 Juni 1935 het wethouder- schap bekleedden en voor wie de bekleeding van dat ambt daarna niet werkelijk is onderbroken, van kracht blijft de verordening, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 Januari 1932, n°. 2, gewijzigd bij raadsbesluit van 13 December 1934, n°. 115, voor zoover die verorde- ning in verband met de tijdsomstandigheden niet zal worden gewijzigd. Volgens de verordening van 28 Januari 1932 wordt het pensioen door U toegekend en bedraagt dit voor elke volle zes maanden, gedurende welke de betrek- king is bekleed, één acht en veertigste deel van de laatstelijk door den wethouder krachtens artikel 100 der gemeentewet genoten wedde, met dien verstande, dat het pensioen die jaarwedde niet overschrijdt. De heer Dr. Droog werd tot wethouder gekozen in de raadsvergadering van 9 September 1920 en is afgetre- den op 5 September j.l„ zoodat hij 37 volle tijdvak- ken van zes maanden in functie is geweest. De laatst- genoten bezoldiging bedraagt f 1205.—, zoodat het pensioen kan worden bepaald op 37/48 X f 1205,— of, afgerond volgens artikel 3 der verordening, f 929.— per jaar. Dit pensioen kan worden toegekend te reke- nen met ingang van 5 September 1939. Naar aanleiding van het bovenstaande stellen wij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1939 | | pagina 7