416
28 November 1939.
hun zin krijgen, mir nichts dir nichts, losgerukt uit
hun milieu en overgeplant in vreemden bodem.
Ten siotte wil spreker nog als imponderabele fac-
tor, op het annexatiespook wijzen. Zoo is het genoemd,
om nadruk te leggen op het vluchtige, het ongrijpbare.
Maar in sprekers oog is het denkbeeld van annexatie
geenszins een spook. Voor spoken kent spreker geen
vrees. Maar een ieder weet welk een vrees en verzet
de vroegere annexatie van een deel van Heemstede
door Haarlem, heeft verwekt. En toch is die annexatie
geschied. Dat de Wethouder vati Haarlem nu heeft
gezegd, dat de gaslevering nooit zal worden gebruikt
als motief voor een toekomstige nieuwe annexatie,
acht spreker onnoozel, zoowel voor hem, die de be-
wering uitsprak, als voor dengene die er aan gelooft.
Ten volle neemt spreker aan, dat deze Wethouder
zich aan zijn belofte zal willen houden. Maar zal hij
in deze hebben te beslissen? Of anderen? Mogelijk
Qedeputeerde Staten, die zooveel voor concentratie
gevoelen? Of een volgende generatie, zittend op de
stoelen van de tegenwoordige gezaghebbers? Hoe dat
zij, de vrees voor annexatie, geen spook, maar een
bijna tastbare werkelijkheid, zal door een eventueele
gaslevering door Haarlem aan Heemstede, zonder
eenigen twijfel, zeer worden versterkt.
Spreker heeft door zijn betoog getracht het optreden
van Qedeputeerde Staten te weerleggen. Ook nu nog
acht hij dat optreden van Gedeputeerde Staten belee-
digend, daar zij totaal onvoldoende motieven aanvoe-
ren en voor zoover uit de stukken blijkt, de zaak niet
grondig hebben bekeken. Wanneer zij alle motieven
van Wethouder Van Unen hadden overgenomen, zou
het anders geweest zijn. Het is zoo, alsof bij een
ernstig gemeend gevecht, de eene partij, die veei
sterker is, in casu Qedeputeerde Staten, het tooneel
van den strijd betreedt, gewapend met een schijnwa-
pen, een proppenschieter, een kinderpistooltje of een
stinkbommetje, terwijl hij intusschen zijn veel zwak-
keren tegenstander bedreigt met een bombardement
uit de lucht, een drijvende mijn of een helsche machine.
De spot, liggend in het gebruik van een schijnwapen,
is beleedigend, maar ten slotte het meest voor hem,
die het aanwendt.
Spreker oppert het denkbeeld om voordat eventueel
een contract met Haarlem wordt aangegaan, een com-
