28 November 1939. 439 cember 1931, van de zijde van Burgemeester en Wet- houders, de benoeming is bepleit, van een Inspectrice bij Maatschappelijk Hulpbetoon, tevens belast inet de inspectie op de woningen. Volgens Burgemeester en Wethouders was deze combinatie noodig. Nu wordt samenvoeging van deze functies minder gewenscht ge- acht. Spreker vraagt, waarom, nu het inwonertal groo- ter geworden is, de functie van inspectrice bij het Wo- ningtoezicht kan vervallen en welke werkzaamheden aan de inspectrice bij Maatschappelijk Hulpbetoon zul- ien worden opgedragen. Is aan de laatste betrekking een volie dagtaak verbonden? Wie doet voortaan het werk van de woninginspectrice? Woninginspectie acht spreker toch onontbeerlijk. De heer Jonckbloedt, \\fethouder, antwoordt, dat Burgemeester en Wethouders tot hun voorstel gekomen zijn, omdat een inspectrice bij Maatschappelijk Hulp- betoon daaraan een volle dagtaak heeft en een woning- inspectrice gemist kan worden. Het toezicht op de woningtoestanden zal worden opgedragen aan een op- zichter van Openbare Werken. De heer Rijkes is voldoende ingelicht. Het toezicht op de woningen heeft wel eens te wenschen overge- laten. Spreker hoopt, dat dit nu in goede banen zal worden geleid. Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoof- delijke stemming vastgesteld. XII. Heffing opcenten personeele belasting. Het prae-advies van Burgemeester en Wethouders is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno. 97. Heffing opcenten personeele belasting. De heer Disselkoen vraagt, dit punt aan te houden tot de volgende vergadering. De Voorzitter zegt, dat dit punt voor 1 januari be- slist moet zijn. Hij gelooft echter wel, dat het nog even uitgesteld kan worden. De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, vraagt, wat voor redenen de heer Disselkoen voor diens verzoek

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1939 | | pagina 45