62
22 Februari 1940.
De heer Rijkes heeft den Wethouder voor diens wel-
willende critiek bedankt, die men echter van verschillen-
de kanten kan apprecieeren. De functie van Wethouder
brengt nu eenmaal mee om de zaken te stellen zoo ze
zijn. Als voorsteller is het niet prettig een dergelijk ant-
woord te ontvangen. Als spreker dan ook zoo'n ant-
woord op een voorstel zijnerzijds had gekregen, dan
zou hij gedacht hebben: ,,Nou Kamerbeek, daar kan je
het mee doen". Hoe vaderlijk het van den heer Rijkes
°°k bedoeld is, om te bevorderen dat de menschen zich
in Heemstede vestigen, toch lijkt het spreker niet ver-
standig om met dîens voorstel nu mee te gaan.
Spreker acht het beter ook op de tarievenkwestie op
dit oogenblik niet dieper in te gaan. Als de heer van
der Erf zegt, dat de kleine gebruikers ook wel winst
opleveren, dan verschilt spreker daarin met hem van
meening. Ook hierin staat hij aan de zijde van den
Wethouder, omdat de kleine gebruikers nu eenmaal niet
de categorie van de bevolking is, waar de bedrijfswinst
uit voortvloeit.
Het is sprekers bedoeling niet geweest, om bij zijn
idee van tegemoetkoming in de bedrijfstarieven aan
groote gezinnen vast te stellen bij welk'deel der bevol-
king het grootste percentage bedrijfswinst wordt ge-
maakt. Bij nadere calculeering zal blijken op hoeveel
kosten zijn idee, om de groote en minst draagkrachtige
gezinnen te helpen, zal komen te staan. Dat dit idee de
diverse bedrijfsresultaten niet mag vertroebelen, daar-
mede gaat spreker accoord. Als de Wethouder een post
op de begrooting kan vinden, waaruit deze tegemoet-
koming kan worden bekostigd, dan kan spreker zich
daar volkomen bij aansluiten. Dit is van spreker geen
eisch, doch een beleefd verzoek. De Raad kan over deze
zaak dan later beslissen.
Voorts vraagt spreker, of Burgemeester en Wethou-
ders al aandacht besteed hebben, aan het geven van
duurtetoeslag aan het gemeentepersoneel. In Den Haag
wenscht men wel tegemoet te komen aan de lager ge-
salarieerden, maar men is het nog niet eens wat men
wil ten opzichte van de hooger gesalarieerden. Spreker
wijst er op, dat zij die het minst verdienen het meest
van de duurte te lijden hebben. De kosten van levens-
middelen zijn reeds met 8 en die van de eerste Ievens-
behoeften met 12 gestegen. Spreker weet, dat Minis-