27 Juni 1940.
163
en de begraafplaats daardoor midden in de gemeente
zijn komen te liggen.
AIs argument tegen een nieuwe begraafplaats zijn de
grootere uitgaven genoemd. De argumenten in het adres
genoemd zijn echter weinig aangetast. Spreker zou het
jammer vinden als deze zaak overhaast zou worden
behandeld. De oude begraafplaats zal na sluiting toch
30 jaar moeten blijven liggen. De dierbare herinneringen
zullen dus onaangetast blijven. Het is dan ook verre van
hem om hardheden te eischen.
Zooals in de derde alinea van het voorstel staat ver-
rneld, aldus spreker, zal na de uitbreiding nog pl.m. 10
jaar met de uitgifte van graven kunnen worden door-
gegaan. Er worden dus maar 5 jaar gewonnen. Mogen
we, vraagt spreker, op grond daarvan, thans besluiten
tot uitbreiding van de begraafplaats? Spreker is er daar-
om voor om een besluit uit te stellen.
Spreker vindt 'net zien van een begrafenisstoet niet
onaangenaam. Het is echter wel typeerend, dat de kin-
deren uit de buurt begrafenisje spelen.
ln tegenstelling met den heer Voors is spreker van
oordeel, dat de afsluitende beplanting van de begraaf-
plaats onvoldoende is. Niet alleen aan de Herfstlaan,
maar ook elders. De bewoners van de Herfstlaan heb-
ben een poging gedaan om daaraan een einde te maken,
waarna hulstboompjes zijn geplant, die in den zomer
wel een afsluiting vormen doch niet in den winter. Ook
aan den Glipperweg is de afsluiting onvoldoende. Daar
is wat hulstbes geplant, waarin de Commissie voor de
Plantsoenen niet is gekend. Een 30-tal van deze boom-
pjes zijn verdord, waaruit blijkt dat het nu geen vol-
doende afsluiting vormt. In de beplanting, zooals wordt
voorgest-eld, heeft spreker dan ook bitter weinig ver-
trouwen.
Naar aanleiding van de opmerking van den heer
Voors, als zou er te veel sentiment bij deze zaak naar
voren komen, zegt spreker, dat dit noodig is, omdat we
er anders niet komen. Aesthetica en hygiëne gaan n.l.
samen. Wie in de natuur geniet verzekert zich van ge-
zondheid. Spreker stelt ten slotte voor om het oude
raadsbesluit op te schorten.
Dit voorstel wordt door de heeren Rijkes en Van der
Erf ondersteund.
