196d
29 October 1940.
Burgemeester en Wethouders een vreemde manier van
doen. Tusschen de mededeeling in het gemeenteverslag
en de simpele toelichting bij de aanbieding van de her-
ziening van het uitbreidingsplan, ligt volgens spreker
een groote kloof. Spreker is het daarom eens met het
voorstel van den heer Mr. Bakhuizen van den Brink om
daardoor te bereiken, dat de mogelijkheid van een andere
plaats voor het postkantoor wordt bekeken. Aangenomen
kan worden, dat de bebouwing zich meer Zuidelijk gaat
ontwikkelen. De verplaatsing van het postkantoor meer
naar het Noorden, wordt daardoor- nog ongewenschter
dan zij reeds was. Het pöstkantoor zal, bij samenvoeging
van Heemstede en Bennebroek, op var> de totale
lengte van de gemeente, in het Noorden worden geves-
tigd. Dit feit is nooit ter kennis van het P.T.T. bedrijf
gebracht en dus nooit door de P.T.T. in aanmerking
genomen. Het voorstel van den heer Mr. Bakhuizen van
den Brink c.s. is volgens spreker dus alleszins gerecht-
väardigd. Ten slotte vraagt spreker, hoe het komt, dat
Burgemeester en Wethouders een besluit, dat zij onge-
wenscht achtten, nu toch vrijwillig mogelijk maken.
De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders
de opmerking van den heer Disselkoen ook onder het
oog hebben gezien. Zij hebben toen gemeend, dat waar
ten opzichte van de plaatsing van het postkantoor door
het gemeentebestuur de nederlaag was geleden, het niet
aanging om het bedrijf van P.T.T. nog eens met deze
aangelegenheid te wervelen en daarom deze herziening
van het uitbreidingsplan voorbereid. De belangen der
buren, die allen in deze zaak gekend zijn, worden door
dit plan niet geschaad. Burgemeester en Wethouders
zijn wel bereid de aanbieding alsnog aan te houden.
De heer Rijkes merkt op, dat deze herziening in de
Commissie voor Openbare Werken is besproken. Spre-
ker moet eerlijk erkennen, dat hij, als hij verder over
de plaats van het postkantoor had nagedacht, dan niet
voor de ontwerp-herziening zou zijn geweest. Er is nu
evenwel een factor tusschen gekomen, die wel eenige
beteekenis heeft. Ook spreker acht het wenschelijk dat
het postkantoor zuidelijker in de gemeente wordt ge-
sticht. Bovendien is het voor hem de vraag, of het
postkantoor in Bennebroek na de samenvoeging zal
worden gehandhaafd en niet zal worden omgezet in een
postagentschap. Spreker is daarom voor aanhoudirlg.