210 7 November 1940. meentelijke-, provinciale- en landelijke bevolkings- groepen. 4. Iedere gemeente voor zich en God voor de ge- meenten gezamenlijk, als spreker het zoo eens uit mag drukken, beteekent voor hem, dat als God voor alle gemeenten gezamenlijk is, dan is Hij ook voor elke ge- meente afzonderlijk. Met den Secretaris-Generaal is spreker van oordeel, dat het Nederlandsche volk, dus ook de groepjes Heemstede-Bennebroek, bijzonderlijk in zware tijden, als een organische eenheid dienen te han- delen en van Staatswege dienen te worden behandeld. Het is dus niet allereerst de vraag of een gemeente in geval van fusie er beter van wordt, dan wel of door de fusie de gefusionneerde gemeenten er gezamenlijk beter van worden, hetzij nu of later. En de gemeenten vertegenwoordigen voor spreker de gezamenlijke ge- meentenaren. Het belang van de gezamenlijke bevolking is voor hem primair en dat van de betrokken gemeenten en derzelver bevolking afzonclerlijk secundair. Spreker herhaalt, dat het belang van de vereenigde bevolking voorrang heeft op het groepsbelang. Een oud spreek- woord zegt: „als de eene hand de andere wascht, wor- den zij beide schoon". niemand is vrij van individualis- tische smetten. Doch daarom voelt spreker zich nog niet thuis in de rol van kostganger, die elk gemeentelijk gezin iaat voor wat het is, omdat naar zijn oordeel elk soldaat zijn eigen pakje maar moet dragen. Spreker be- sluit in dit verband, dat gemeenschapszin onherroepelijk tot de vorming van levenskrachtige eenheden zal bij- dragen. 5. Dat het in leven roepen van levenskrachtige ge- meente-eenheden besparing op het bestuursapparaat be- vordert, staat voor spreker vast. De bezuiniging niet eng bekeken van het vergelijkend standpunt van het gemeentebeheer van een gemeente met ruim 20.000 in- woners en van het standpunt van een gemeente met bijna 3.000 inwoners. Neen, de bezuiniging bekeken van het breede standpunt van een gemeente met ca. 23.000 in- woners en de behartiging van alle groepen dezer be- woners, in het bijzonder van de nrinst bedeelden. Benne- broek is noch noodlijdend, noch steunbehoevend, mits voorloopig Bennebroek gelaten wordt voor wat het is. Niet alzoo wanneer de Bennebroekers redelijke eischen gaan stellen aan verschillende diensten, welke in Heem- Üi -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1940 | | pagina 14