216
7 November 1940.
stellen. Waarom veronderstelt dan het college, dat de
bescheiden Bennebroekers tot een provoceerend optre-
den zullen overgaan? Nog onverklaarbaarder wordt het
spreker, als het college suggereert, dat de Bennebroe-
kers bij vergrooting van het grondgebied, aandrang
zullen uitoefenen op dezelfde verzorging als Heemstede
en het college daarop dan laat volgen: „hoewel de be-
hoefte daaraan vooralsnog niet bestaat". Waarom geeft
hier het college den Bennebroekers de woorden in den
mond, om dezelfde verzorging te verlangen als in Heem-
stede bestaande? Spreker heeft er geen bezwaar tegen,
maar te constateeren dat de behoefte van eenzelfde ver-
zorging vooralsnog niet bestaat en toch den aandrang
daartoe te veronderstellen acht spreker niet logisch.
Vergrooting van het grondgebied, uitbreiding van het
gemeentelijk beheer en bestuur via fusie, acht spreker in
tegenstelling met het college van Burgemeester en Wet-
houders een eisch des tijds. Samenvoeging van gemeen-
ten uit het verleden, zijn geen maatstaf ter beoordeeling
van fusie in dezen tijd van hervorming. Men mag in dit
verband niet generaliseeren. Dat de kosten van beheer
na de samenvoeging van gemeenten zijn gestegen, is
nog geen bewijs, dat deze stijging niet ten goede is
gekomen aan een groot deel van de bevolking der
saniengevoegde gemeenten, in het bijzonder aan het
minst financieel krachtige deel. Het is ook niet zoozeei
de kwestie, gelijk Burgemeester en Wethouders con-
cludeeren, dat Heemstede en Bennebroek in alle opzich-
ten voldoen aan de behoeften der ingezetenen, dan wel
dat voldaan wordt aan het verlangen van den Secretaris-
Generaal, om niet in handhaving van het bestaande,
maar in fusie van beide gemeenten aan het toekomstig
gezamenlijk voordeel te bouwen. De conclusie van Bur-
gemeester en Wethouders is trouwens gedeeltelijk on-
juist, omdat Burgemeester en Wethouders zelf schrij-
ven, dat bij vergrooting van het grondgebied, de aan-
drang van de Bennebroekers er onvermijdelijk toe zou
leiden, dat deze dezelfde verzorging van hun grondge-
bied zullen verlangen als Heemstede geniet. Het college
is dus in dit opzicht en op deze plaats niet van oordeel,
dat Bennebroek in alle opzichten voldoet aan de behoef-
ten der ingezetenen.
f. In 1940 nog met argumenten te komen uit 1653 is
spreker al te grijs. Liever dan in het grijze verleden te