7 Novernber 1940. 219 hebben, dus niet zoo, dat wat verkeerd gegroeid is, niet zou mogen worden weggenomen, maar wel zoo, dat de concrete toestand in oogenschouw genomen worde en duidelijk aangetoond worde, dat het apart voortbestaan van deze gemeenten een ontoelaatbaren, althans een on- gewenschten toestand in het leven zou roepen. Nu dit niet het geval is, meent spreker, dat de samenvoeging moet worden ontraden. Men kan ook aldus tewerk gaan, en dit standpunt neemt de heer Kamerbeek in; de samenvoeging van deze beide gemeenten is doodeenvoudig. Het is enkel een kwestie van vergrooting van een gebied waarover één bestuur gesteld wordt. En, gegeven dit aldus grooter gemaakte terrein, kan ik nu op de studeerkamer gaan zitten en uitdenken wat ik met dit terrein kan doen. Hoe kan ik op de studeerkamer levenskrachtige eenheden uitdenken? Hier staan dus twee uitgangspunten tegenover elkan- der. Het eerste, dat van Burgemeester en Wethouders en den heer Mr. Bakhuizen van den Brink, waarmede spreker instemt, komt hierop neer: het historisch ge- groeide is wel niet normatief, maar normeert toch. Het andere: het historisch gegroeide wordt buiten beschou- wing gelaten, er wordt een theorie opgesteld en daar- naar zal het terrein, dat men onder zijn beheer verkrijgt worden ingericht. De heer Kamerbeek, aldus spreker, wil wel rekenen met de geschiedenis, maar spreker begrijpt niet de tegenstelling, die de heer Kamerbeek maakt tusschen vroegere geschiedenis en hedendaagsche geschiedenis. Spreker kan het niet anders zien, dan dat de heer Ka- merbeek wil zeggen: ik reken niet met de geschiedenis, maar ik reken enkel met de theorie, die ik vandaag uit- gedacht heb. Met dit laatste uitgangspunt kan spreker zich niet vereenigen. Spreker kan zich wel vereenigen met het eerste en.zal dus voor het praeadvies stemmen. De heer Rijkes zegt, dat bij het bestudeeren van de nota aan Burgemeester en Wethouders, betreffende de eventueel samenvoeging van Heemstede en Bennebroek, zeer tot zijn spijt te moeten constateeren, dat de inhoud hem weinig ,,hou vast" heeft gegeven. Intusschen wenscht spreker ook eerlijkheidshalve te zeggen, dat de tijd voor eene grondige studie van deze

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1940 | | pagina 23