28 December 1945.
29
dat dit verkeerd is. Spreker kan zich niet voorstellen,
dat in dezen tijd van wederopbouw niets belangrijks aan
de orde zou zijn. Spreker heeft sterk den indruk, dat
Burgemeester en Wethouders angstvallig vasthouden
aan het formeele, n.l. dat in de raadscommissies alleen
datgene behandeld dient te worden waarover de Raad
te besluiten heeft. Spreker herhaalt, dat dit formeel juist
is. Dit wil echter niet zeggen, aldus spreker, dat het
voor Burgemeester en Wethouders niet gewenscht zou
zijn om middels de raadscommissies meer overleg te
plegen. Spreker wil deze werkwijze den Voorzitter en
Wethouders dringend aanbevelen voor alle zaken die
daartoe geëigend zijn, hetgeen ongetwijfeld door alle
leden op prijs zal worden gesteld. Spreker verzoekt Bur-
gemeester en Wethouders deze opmerking met dezelfde
wellevendheid ter harte te nemen als waarmede zij is
gemaakt.
De heer van Unen, Wethouder, merkt op, dat de be-
slissing over den verkoop van de apparaten van de gas-
fabriek door Burgemeester en Wethouders is genomen
toen er nog geen noodraad was. Meppel zat om deze
apparaten te springen, zoodat snel beslist moest worden.
Spreker kan wel verzekeren, dat indien er ten tijde van
de te nen\en beslissing een noodraad had bestaan, hij
de betreffende raadscommissie zonder eenige kwestie
zou hebben geraadpleegd,
De heer Disselkoen vindt dit een prettige opmerking.
De heer van Unen, Wethouder, doet de mededeeling,
dat binnenkort een beslissing moet worden genomen
over de vastrechtkwestie en lichtprijs-tarieven.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, onderschrijft
de woorden van den heer van Unen volkomen. De
kwestie van den verkoop der apparaten van de gas-
fabriek is 4 maanden geleden besproken. In de periode
dat de noodraad zitting heeft, îs er niets voor den Raad
geweest en ook niets voor de raadscommissies, Burge-
meester en Wethouders verwachten wel iets. Zij kun-
nen nu eenmaal geen dingen naar voren brengen die